VS doden al-Qaida-strijders Afghanistan
Afghanistan is nog niet volledig gezuiverd van strijders van het terroristische netwerk al-Qaida. Amerikaanse troepen raakten donderdag in de buurt van de stad Kandahar slaags met leden van al-Qaida en brachten vijftien strijders om het leven. Bij het gevecht raakte één Amerikaan lichtgewond.
Amerikaanse regeringsmedewerkers hebben dat donderdag bekendgemaakt. De functionarissen zeiden dat het gevecht plaatshad tijdens een missie van speciale Amerikaanse eenheden rond het voormalige Taliban-bolwerk Kandahar, in het zuiden van Afghanistan. De Amerikaanse nieuwszender ABC meldde op gezag van medewerkers van het Pentagon dat bij het gevecht 27 aanhangers van Osama bin Laden zijn gevangengenomen.
Volgens het Afghaanse persbureau AIP hervatten de Amerikanen donderdagavond, na een pauze van een week, de bombardementen in de provincie Khost. De Amerikanen bestookten de berg Chargoti in Khost, omdat ze vermoeden dat zich daar nog strijders van al-Qaida schuilhouden.
In een stadion in Kandahar kwamen donderdag duizenden Afghanen bijeen. Plaatselijke krijgsheren riepen daar om eenheid en de terugkeer van ex-koning Zahir Shah. De gouverneur van de provincie Kandahar, Gul Agha, sprak op de bijeenkomst geruchten tegen over een aanstaande aanval van zijn troepen op zijn rivaal Ismail Khan, die zijn machtsbasis in de westelijke stad Herat heeft.
De chef van Gul Agha’s veiligheidsdienst, Haji Gullalai, had eerder gezegd dat 20.000 Pathaanse strijders van de gouverneur zouden optrekken naar Herat om te vechten tegen de voornamelijk Tadzjiekse militairen van Khan. Volgens verschillende stamleiders zou Khan Iraanse strijders Afghanistan binnenlaten. Ook de Amerikaanse regering sprak deze week het vermoeden uit dat Iran probeert zijn invloed in Afghanistan te vergroten.
De plaatsvervangend gezant van de Verenigde Naties voor Afghanistan, Francesc Vendrell, zei donderdag dat hij geen bewijs heeft dat Iran de invloed in het buurland wil vergroten. Vendrell zei dat hij met Khan heeft gesproken en dat die tegenover hem ontkende dat hij met de steun van Iran oppositie wil voeren tegen de Afghaanse regering.
Ondertussen pakken de Afghanen de draad van het dagelijkse leven langzaam weer op. De nationale luchtvaartmaatschappij Ariana voerde donderdag voor het eerst sinds het vliegverbod van de Verenigde Naties weer een vlucht uit. Deze ging van hoofdstad Kabul naar de Indiase hoofdstad New Delhi. Het vliegverbod was in 1999 opgelegd als sanctie tegen het Taliban-regime. De VN hebben dat verbod eerder deze maand ingetrokken, omdat het Taliban-regime is verdreven.
De Britse minister van Buitenlandse Zaken, Straw, zei donderdag in een interview met de BBC dat leden van al-Qaida met de Britse nationaliteit in het Verenigd Koninkrijk moeten worden berecht. Op dit moment zitten drie Britse gedetineerden vast op de Amerikaanse marinebasis Guantánamo in Cuba.
In Kabul is donderdag voor het eerst weer een internationale krant van de persen gerold. De Kabul Weekly verscheen met tien pagina’s artikelen zowel in de plaatselijke talen Dari en Pashto als in het Engels en Frans.
De krant herleeft met financiële steun van Unesco, de VN-organisatie voor onderwijs, wetenschap en cultuur. Het blad verscheen eerder van 1993 tot 1996, maar werd verboden toen de Taliban aan de macht kwamen.
De Kabul Weekly bericht in het Engels onder meer over de donorconferentie voor Afghanistan in Tokio, de opleiding van vrouwelijke leraren en de heropening van het theater in Kabul. De artikelen in de eigen talen gaan vooral over hoe de inwoners van Kabul tegen de komst van buitenlandse veiligheidstroepen aankeken en over de toenemende criminaliteit in de stad.