Commentaar: Lopende band heeft arbeid van wezenlijke kenmerken beroofd
De lopende band is inmiddels een eeuw oud. In de media wordt deze weken aandacht gegeven aan dit honderdjarig jubileum. Nog steeds zijn er bedrijven die met een dergelijke productielijn werken. Met één verschil: de mens is in de meeste gevallen vervangen door de robot. Dat past ook beter bij elkaar. Voor de mens is de lopende band geen pretje.
Of de Amerikaanse autofabrikant Henry Ford werkelijk de plaats verdient die hij als uitvinder van de lopende band in de geschiedenisboekjes heeft gekregen, wordt door sommigen betwist. Er waren al voor hem ondernemers die werkten met een productieband. Met het verschil dat de Fordfabriek de eerste was waarin niet de arbeiders het tempo bepaalden, maar het management de snelheid van de lopende band instelde. De arbeider had daar zelf geen invloed op. Hij moest zijn werk doen. Hij moest steeds weer dezelfde handeling verrichten, dag in, dag uit. In een gestaag en tegelijk geestdodend, soms zelfs moordend tempo.
De komst van de lopende band werd door ondernemers met enthousiasme begroet. Daardoor kon niet alleen de continue snelheid van het productieproces in de greep worden gehouden, maar werden ook de kosten gereduceerd en dus het rendement verbeterd. Andere bedrijven, in soms zeer diverse sectoren, voerden de lopende band met voortvarendheid in.
Er was een eeuw geleden op het niveau van management echter nauwelijks oog voor de negatieve aspecten van de lopende band. Toch werd Ford daar al na een jaar mee geconfronteerd. In de maanden na de start van de nieuwe productielijn zakte de motivatie van de medewerkers zodanig dat de directie, die echt niet zo vrijgevig was, besloot aan het einde van het eerste jaar een forse loonsverhoging te geven. Opdat… de mensen tenminste nog enigszins gemotiveerd aan de band bleven werken.
Met alle voordelen die ondernemers zagen en soms nog zien in de lopende band, is er in ieder geval één groot bezwaar tegen deze manier van produceren. De betrokkenheid van de werknemers op het product is minimaal. De eenduidige, monotone handeling die bijna eindeloos herhaald moet worden, doodt niet alleen alle creativiteit maar reduceert ook de relatie tussen maker en product tot nul. Daarmee verschrompelt tevens het verantwoordelijkheidsbesef van de werknemer voor het product. Wanneer iedereen een kleine, zeer beperkte handeling in het productieproces heeft bijgedragen, is iedereen medeverantwoordlijk en dus is niemand echt aanspreekbaar.
De bekende christenfilosoof Van Riessen (1911-2000) noemt dit ”ontoelaatbare devaluatie” van arbeid. De arbeid heeft bij het werk aan de lopende band volgens hem zijn wezenlijk karakter verloren. Arbeid is immers goddelijke roeping. Dat betekent dat de arbeider verantwoordelijkheid draagt voor hetgeen hij als beheerder en bewerker van de schepping doet met het geschapene. „Wanneer de mens geen uitvoerder meer is van die hoge roeping doch slechts een productiefactor, dan is hij feitelijk een ding geworden waaraan rendementseisen kunnen worden gesteld. Dat is de ontmenselijking van de arbeid.”