De curator verklaarde donderdag wel „positief gestemd” te zijn over de kansen van een doorstart voor de fabrikant van shovels. „Tot op heden hebben zich al vijf overnamekandidaten gemeld. Het bedrijf geniet ondanks alles nog een groot vertrouwen en heeft een gedegen naam. Waarom het bedrijf failliet is gegaan, is voor mij dan ook nog de grote vraag”, stelt hij.

Werklust, dat veel shovels bouwt en onderhoudt voor de agrarische sector, schijnt vooral in de problemen te zijn geraakt door de mond- en klauwzeercrisis. Maar een gedegen bedrijf valt meestal niet om door één crisis, stelde Jansen vast. „Meestal is het een combinatie van factoren.”

Binnen een week hoopt de curator meer duidelijkheid te hebben over de overlevingskansen van de fabriek. Ondertussen zegt hij ernaar te streven de fabriek zoveel mogelijk draaiende te houden om aan uitstaande opdrachten te voldoen.

Volgens CNV Bedrijvenbond zou een omvangrijke order van het ministerie van Defensie het bedrijf nog kunnen redden. „Werklust was tot voor kort de enig overgebleven kandidaat voor die order. Zoiets zou mogelijke overnamekandidaten toch wel over de streep kunnen trekken”, aldus CNV-bestuurder P. de Jong.

Het is overigens de tweede keer dat Werklust failliet is verklaard. Na een faillissement in 1986 werd het eerst overgenomen door de Koninklijke Begemann Groep (RBG) voordat het bedrijf in 2000 weer zelfstandig werd.