Ontvoerde premier van Libië vrijgelaten
TRIPOLI (AP). De donderdagochtend vroeg door gewapende mannen uit zijn hotel in Tripoli ontvoerde Libische premier Ali Zidan is vrijgelaten en inmiddels teruggekeerd op zijn bureau. Dat heeft een regeringswoordvoerder tegen het Libische staatspersbureau LANA gezegd.
Zidan was door gewapende mannen meegenomen uit het hotel in Tripoli waar hij woont. Zijn ontvoering leek een vergeldingsactie voor de arrestatie afgelopen zaterdag van een Libische terreurverdachte door Amerikaanse speciale eenheden in de Libische hoofdstad. Militante groepen stellen dat de regering van de commandoactie wist of er zelfs aan heeft meegewerkt.
Regeringswoordvoerder Mohammed Kaabar zei dat Zidan was ‘vrijgelaten’, maar het lijkt er op dat dit niet zonder slag of stoot is gegaan. De commandant van een met het ministerie van binnenlandse zaken verbonden militie zei dat de premier was vrijgekomen nadat leden van een uit Tripoli afkomstige militie het huis hadden bestormd waar hij werd vastgehouden. Er waren schoten gewisseld, maar Zidan was ongedeerd, zei Haitham al-Tajouri van de zogeheten Versterkingsmacht. „Hij zit nu veilig op een veilige plek.”
Bronnen beschreven de gevangenneming van Zidan uiteenlopend als een ‘ontvoering’ of een ‘aanhouding’. Volgens de regering werd Zidan ‘om onbekende reden’ naar een onbekende locatie gebracht door ‘revolutionairen’ van het Anti-Misdaadcomité. Een medewerker van het Anti-Misdaadcomité, Abdel-Moneim al-Hour, zei dat Zidan was ‘gearresteerd’ op verdenking van het schaden van de staatsveiligheid en corruptie. Het openbaar ministerie liet evenwel weten dat voor Zidan geen arrestatiebevel is afgegeven.
De ontvoering van Zidan weerspiegelt de zwakte van de Libische regering, die min of meer gegijzeld wordt door machtige milities, veelal bestaande uit islamitische militanten. Politie en leger verkeren sinds de opstand tegen Moammar Gadhafi in 2011 in wanorde. Veel mensen zijn ondergebracht in staatsveiligheidsdiensten, maar hun loyaliteit geldt eerder hun lokale commandanten dan de overheid.
Secretaris-generaal Ban Ki-moon van de Verenigde Naties heeft de ontvoering van Zidan veroordeeld. In een reactie in Brunei zei hij dat het voorval landen die bezig zijn met een overgang naar democratie wakker moet schudden. „Het is zeer belangrijk dat de Libische regering en de leiders niemand uitsluiten van een dialoog en rehabilitatie, zodat iedereen aan het proces kan deelnemen”, zei Ban.
Enkele uren voor hij werd ontvoerd had Zeidan een onderhoud met de familie van de door Amerikaanse commando’s gevangengenomen Abu Anas al-Libi, wiens echte naam Nazih Abdul-Hamed al-Ruqai luidt. Zidan zei dinsdag dat de Libische regering aan Washington had verzocht de familie van Al-Libi toe te staan met hem in contact te komen. Al-Libi zou na zijn ontvoering meteen zijn overgebracht naar een Amerikaans oorlogsschip.
Zidan zei dat Libische burgers als zij van misdaden worden verdacht, in hun eigen land berecht moeten worden. Meteen na de ontvoering zei hij dat de VS Libië tijdens de opstand tegen Gadhafi goed hebben geholpen en dat ‘de betrekkingen niet mogen worden aangetast door een incident, ook al is dat ernstig’. De Verenigde Staten beschuldigen Al-Libi ervan een hoge positie binnen Al-Qaida te bekleden en betrokken te zijn geweest bij de bomaanslagen op de Amerikaanse ambassades in Tanzania en Kenia in 1998.