Eerdere inzet van een lokagent leverde strafrechtelijk niks op, omdat dit ‘slachtoffer’ in feite een volwassenene was en er dus juridisch geen sprake was van misbruik van een minderjarige. De VVD wil al langer dat de wet wordt aangepast, zodat de rechter met de resultaten van de lokpuber uit de voeten kan.

Minister Ivo Opstelten (Veiligheid en Justitie) zegde de Tweede Kamer in juli toe om de wet zo snel mogelijk aan te passen. Hij vindt ook dat de politie lokpubers moet kunnen inzetten, omdat dit een waardevol instrument is in de opsporing.

De Tweede Kamer had Opstelten gevraagd zich over de lokpuber te buigen naar aanleiding van een uitspraak van de rechtbank in Den Haag. Die besloot een man niet te vervolgen, die dacht een 13-jarige aan de haak te slaan maar in werkelijkheid contact had met de politie. Ook in hoger beroep werd de man niet veroordeeld. Daarom besloot Opstelten dat de wet moet aangepast. Hij onderzoekt nu wat de beste en snelste manier is om dit vast te leggen.

Opstelten wil sowieso meer opsporingsbevoegdheden op internet voor de politie en het Openbaar Ministerie. De huidige bevoegdheden voor de bestrijding van cybercrime zijn niet meer van deze (digitale) tijd en capaciteit en kennis schieten soms tekort. Een van de maatregelen is dat de politie op afstand een computer mag binnendringen, na toestemming van de rechter-commissaris.