Oppositie Senaat negatief over pensioenplan
DEN HAAG (ANP). De oppositie in de Eerste Kamer heeft grote bezwaren tegen het kabinetsplan om de pensioenopbouw vanaf 2015 fors te verlagen. Bij de behandeling ervan dinsdag noemde CDA-senator Wopke Hoekstra het „onverstandig” en riep het kabinet op het in te trekken. Het kabinet moet volgens hem niet proberen „met veel warme woorden en een beetje wisselgeld te repareren wat irreparabel is”.
De toon van zijn D66-collega Joris Backer was iets gematigder, maar ook hij uitte „grote twijfel” en „bezorgdheid” over het wetsvoorstel. Senator Peter Ester van de ChristenUnie was eveneens zeer kritisch.
Het pensioenplan kan alleen worden aangenomen met steun van oppositiefracties. Die stemden in de Tweede Kamer allemaal tegen. In de Senaat hebben de regeringspartijen VVD en PvdA geen meerderheid.
Het wetsvoorstel regelt dat de jaarlijkse pensioenopbouw omlaag gaat van 2,25 naar 1,85 procent van het inkomen. Volgens het kabinet kan dat omdat mensen voortaan langer werken en dus meer tijd hebben om voor hun pensioen te sparen. De maatregel moet de grootste bezuiniging van de kabinetsperiode opleveren: bijna 3 miljard in 2017.
CDA’er Hoekstra vindt de verlaging van de pensioenopbouw echter veel te ver gaan. Ook Backer acht de kans „aanmerkelijk” dat jongeren hiervan de dupe worden. Ester deelt die vrees. In tegenstelling tot het kabinet zijn de oppositiefracties er ook allerminst van overtuigd dat het plan leidt tot een forse daling van de pensioenpremies.
Hoekstra onderstreepte dat het CDA er niet op uit is „het kabinet in de wielen te rijden”. „Maar die welwillendheid ontslaat de Eerste Kamer niet van haar taak. Die welwillendheid is geen carte blanche.”
Volgens Hoekstra heeft het kabinet de problemen over zichzelf afgeroepen. „Het heeft gemeend de grootste opbrengst uit het regeerakkoord uit de pensioenpot te moeten halen. Het debat heeft daarmee naast een inhoudelijke een sterk politieke lading gekregen.”
Hoekstra en Backer wilden van de staatssecretarissen Frans Weekers (Financiën) en Jetta Klijnsma (Sociale Zaken) weten waarom het plan voor een langere pensioenopbouw niet tegelijk wordt behandeld met een ander wetsvoorstel, dat nieuwe spelregels voor de pensioenfondsen bevat. Dat laatste moet nog in de Tweede Kamer worden behandeld.