KPN noemde het bod dat de Mexicaanse branchegenoot in augustus aankondigde wel „ongevraagd”. Streppel zei desgevraagd dat een eventueel bod „in theorie” vijandig zou zijn, zolang bestuur en commissarissen van KPN zich er niet over uit hebben gesproken.

Als de Mexicaanse grootaandeelhouder inderdaad een bod uitbrengt, komt er volgens KPN een biedingsperiode van minimaal 8 weken. Binnen die periode zal het bestuur zijn standpunt kenbaar maken en toelichten tijdens een nieuwe vergadering.

De bijeenkomst van woensdag draaide om de voorgenomen verkoop van de Duitse dochter E-Plus, voor ruim 8,5 miljard euro aan Telefónica. Met de opbrengst wil KPN zijn kas spekken zodat het kan blijven investeren in zijn netwerken en er weer ruimte komt voor de betaling van dividend aan de aandeelhouders.

Bijkomend voordeel is volgens de centrale ondernemingsraad van KPN, die de verkoop steunt, dat een sterkere focus op Nederland en België kan helpen een buitenlandse partij als América Móvil buiten de deur te houden. Maar in antwoord op vragen daarover van directeur Jan Maarten Slagter van de Vereniging van Effectenbezitters (VEB), verzekerde topman Eelco Blok dat de twee kwesties los van elkaar moeten worden gezien.