Uitleg: Kamer wijdt zich aan hét debat van het jaar
DEN HAAG. De Tweede Kamer houdt woensdag en donderdag de algemene politieke beschouwingen. Wat gebeurt er zoal tijdens het belangrijkste debat van het jaar?
WIE: Tijdens de algemene beschouwingen zijn in principe alle Kamerleden en alle bewindslieden aanwezig. Staatssecretaris Dekker (Onderwijs) heeft zich voor dit jaar afgemeld wegens een val zondag met zijn fiets. De fractievoorzitters zullen het woord voeren namens hun partijen, de premier namens het kabinet.
Voor de politieke partijen zijn de algemene beschouwingen belangrijk omdat de grote journalistieke aandacht de fractievoorzitters de kans geeft zichzelf en hun partij te profileren.
Dit jaar is het debat extra spannend: het kabinet zal zich alvast proberen te verzekeren van voldoende steun in de Eerste Kamer voor de kabinetsplannen, door zaken te doen met een of meer oppositiepartijen. De coalitiepartijen VVD en PvdA komen daar acht zetels te kort voor een meerderheid. De oppositiepartijen zullen proberen dat zo veel mogelijk uit te buiten.
WAAROVER: Onderwerp van debat zijn de hoofdlijnen van de Miljoenennota en de rijksbegroting die op Prinsjesdag zijn gepresenteerd, oftewel de kabinetsplannen voor volgend jaar. Doorgaans gaat veel aandacht uit naar de overheidsfinanciën en sociaaleconomische onderwerpen.
CDA, D66, GroenLinks en ChristenUnie zullen tijdens het debat ook hun tegenbegroting aanhalen. Daarin doen ze elk jaar alternatieve voorstellen voor het kabinetsbeleid. D66, GroenLinks en de ChristenUnie willen bijvoorbeeld minder bezuinigen dan het kabinet. CDA, D66 en GroenLinks zouden ook het sociaal akkoord willen openbreken dat het kabinet in april sloot met werkgevers en vakbonden.
Daarnaast hebben fractievoorzitters tijdens het debat de gelegenheid om andere zaken aan de orde te stellen die zij van groot politiek belang achten.
VOLGORDE: Woensdag komen alle fractievoorzitters aan bod, in een vaste volgorde. Eerst is de grootste oppositiefractie aan de beurt (de PVV), daarna de grootste coalitiepartij (de VVD), dan de tweede oppositiefractie in zetelaantal (de SP) en de tweede coalitiepartij qua zetels (PvdA). Vervolgens komen de andere oppositiepartijen in volgorde van grootte aan bod. Fracties krijgen meer spreektijd naarmate ze groter zijn.
Premier Rutte reageert donderdag op de inbreng van de Kamer. Hij zal het kabinetsbeleid toelichten en verdedigen en vragen van de diverse fracties beantwoorden.
De fractievoorzitters mogen daarna opnieuw –maar korter dan in de eerste termijn– het woord voeren en eventueel moties indienen om de Kamer tot een uitspraak over het kabinetsbeleid te bewegen. PVV-leider Wilders zal een motie van wantrouwen indienen: hij wil het kabinet naar huis sturen.
Rutte gaat vervolgens weer in op de inbreng van de fractievoorzitters en hun moties. Over de moties wordt vervolgens gestemd.
VERVOLG: Een week na de algemene politieke beschouwingen vinden de algemene financiële beschouwingen plaats in de Tweede Kamer. De financieel specialisten van de Kamerfracties debatteren met de minister en de staatssecretaris van Financiën over de rijksbegroting.
In de daaropvolgende maanden verdedigen alle ministers en staatssecretarissen afzonderlijk hun eigen begroting in de Tweede Kamer. Die heeft tot uiterlijk 1 januari de tijd voor de behandeling van de begrotingen.
In de loop van het najaar vinden ook in de Eerste Kamer algemene politieke beschouwingen plaats. Dan gaan de Eerste Kamerfractievoorzitters in debat met elkaar en met de minister-president. De media-aandacht voor dat debat is veel geringer dan die voor de algemene beschouwingen in de Tweede Kamer.