Het gaat om Abu Abdullah al-Libi, de commandant van de jihadisten in de Noord-Syrische provincie Idlib. Hij werd zondag door rebellen van het Vrije Syrische Leger (FSA) vanuit een hinderlaag aangevallen, vlak bij de grens met Turkije. Zijn auto werd doorzeefd met kogels, zei de organisatie.

Al-Libi’s dood werd maandag bevestigd door het Syrische Observatorium voor de Mensenrechten. De commandant vond de dood net als twaalf andere Al-Qaida-strijders in de buurt van het dorp Hazanu, tien kilometer van de grensovergang Bab al-Hawa, zei het Observatorium maandag.

In het noorden van Syrië, waaruit de troepen van Bashar Assad vorig jaar grotendeels werden verdreven, is inmiddels een strijd losgebrand tussen de Syrische rebellen die in opstand zijn gekomen tegen het bewind in Damascus en jihadisten die een islamitische staat in Syrië willen vestigen en in wier gelederen ook erg veel buitenlandsers zitten.

De Syrische Nationale Coalitie, de belangrijkste politieke Syrische oppositiegroep, haalde vrijdag hard uit naar de aan Al-Qaida gelieerde jihadisten. Volgens de SNC zijn hun pogingen om van Syrië een islamitische staat te maken strijdig met het doel van de rebellen om een vrij Syrië te creëren. Syriërs „zijn gematigd en respecteren religieus en politiek pluralisme, en verwerpen blind extremisme”, aldus de SNC in een verklaring.