Rebellenleider op Atjeh in de val gelokt
De militaire leider van de separatistische Beweging Vrij Atjeh (GAM), die dinsdag door Indonesische troepen werd doodgeschoten, is in de val gelokt met een elektronische chip, die in een brief aan hem was verborgen. Dit heeft de GAM donderdag gezegd.
De chip waarmee het leger Abdullah Syafei kon vinden, was verstopt in een brief met een uitnodiging voor een politieke dialoog. Het schrijven was afkomstig van de gouverneur van Atjeh, Abdullah Puteh. „De uitnodiging voor een dialoog was een valstrik en had alleen maar tot doel hem te doden”, aldus een GAM-zegsman.
De chip is door de ’inlichtingendienst’ van de GAM in de brief gevonden, zei hij. De GAM had de uitnodiging om te komen praten afgewezen. De afscheidingsbeweging wil alleen rechtstreeks met de regering in Jakarta praten.
Een politiewoordvoerder in Atjeh zei woensdag dat Syafei tijdens gevechten in het achterhoofd en in de borst was geraakt. Zeker zes andere rebellen kwamen ook om het leven, onder wie de vrouw van Syafei. Syafei en zijn vrouw zijn donderdag in de tuin van hun huis begraven. Tijdens een sobere plechtigheid werden daar ook twee van zijn lijfwachten ter aarde besteld. Drie andere bewakers zijn elders begraven, aldus het Japanse persbureau Kyodo.
Syafei gold de afgelopen twaalf jaar als een van de leiders van de groepering die strijdt voor onafhankelijkheid van de provincie Atjeh, op de noordelijke punt van Sumatra. In 1998 werd hij commandant van de gewapende tak van de GAM. Hij werd voor het laatst gezien bij een openbare GAM-bijeenkomst op 4 december 2000. De GAM heeft plaatsvervangend commandant Muzakir Manaf naar voren geschoven om Syafei op te volgen.