Burgemeester Renkum: Duitsers horen bij herdenking Slag om Arnhem
OOSTERBEEK. Duitsers moeten volgend jaar meer worden betrokken bij de zeventigste herdenking van de Slag om Arnhem, die in september 1944 in de regio Arnhem, Oosterbeek, Ede en Driel woedde. Dat vindt burgemeester Gebben van gemeente Renkum. „Het zou mooi zijn als de laatste veteranen die nog in leven zijn, dit zouden kunnen meemaken.”
De uitlatingen van de burgemeester van Renkum, waar Oosterbeek onder valt, waren „terloopse opmerkingen” tegen een journalist van dagblad de Gelderlander. Hij deed ze donderdag bij de onthulling van een gedenkzuil in Oosterbeek voor het 1e Airborne Reconnaissance Squadron, een verkenningseenheid die in 1944 Britse parachutisten naar de Rijnbrug bij Arnhem moest leiden.
Volgens de burgemeester hebben de geallieerden die bij Arnhem streden ook de aanzet gegeven voor de bevrijding van Duitsland van de naziterreur. Het Duitsland van nu is een ander Duitsland, aldus Gebben in de Gelderlander. „De huidige Duitsers, die bevrijd zijn van het nazidom, horen bij de herdenking.”
Gebben wilde zijn uitspraken gisteren niet toelichten. „Ik besef dat de kwestie gevoelig ligt. Op dit moment moet alle aandacht uitgaan naar de jaarlijkse Airborneherdenkingen deze week en de daarbij aanwezige veteranen. Daarna wil ik graag meedoen in een discussie over de betrokkenheid van Duitsers bij de herdenking volgend jaar.”
Hij benadrukte gisteren dat zijn uitspraken een persoonlijke gedachte betreffen en „geen officieel standpunt van het college.”
De aanwezigheid van Duitsers bij de Airborneherdenking is een gevoelige kwestie. In 1994 leidde een soortgelijk voorstel van burgemeester Scholten van Arnhem tot veel protest.
De betrokkenheid van Duitsers bij de Airborneherdenkingen is tot nu toe beperkt gebleven tot kransleggingen door Duitse kinderen en later ook de ambassadeur van Duitsland in Nederland.