Dat verklaarde Plooy gisteren zelf tijdens een zitting bij de rechtbank in de hoofdstad. R. stond daar terecht in verband met zijn vermeende betrokkenheid bij een deal rond een partij van 44 kilo amfetamine.

Met zijn stellige uitspraak ontzenuwde Plooy zowel eerdere berichten in diverse media omtrent R., als informatie van diens raadsman N. Meijering. Die zei over een anonieme verklaring te beschikken dat justitie in april, juli en augustus van dit jaar informatie heeft gekregen over de voorgenomen moordaanslag op Plooy. De naam van R. zou daarbij een keer zijn genoemd.

„Absolute nonsens”, aldus Plooy. „En ik ben de enige die hier het fijne van weet.” Volgens hem is de informatie over de op hem gerichte liquidatieplannen hem „persoonlijk” bekend geworden op 1 augustus. Justitie maakte destijds bekend de informatie zeer serieus te nemen en zeer betrouwbaar te achten. Plooy krijgt sinds begin augustus politiebescherming. Inmiddels wordt een 27-jarige Amsterdammer, veroordeeld wegens een reeks overvallen op geldlopers, verdacht van de verregaande bedreiging van de officier. Deze man heeft, voorzover bekend, geen banden met Greg R. Plooy meent dat Meijering zijn cliënt belangrijker maakt dan hij is. De officier beschouwt hem als „een gewone drugscrimineel.”

Greg R. werd in het verleden eerder veroordeeld wegens handel in drugs. Hij vindt dat justitie een heksenjacht op hem maakt. R. kwam in mei in beeld bij de Amsterdamse politie, toen deze lucht had gekregen van de op handen zijnde transactie rond de 44 kilo amfetamine. Dat onderzoek (codenaam Paars) was voortgekomen uit een onderzoek (Blauw) naar plannen voor een zeer gewelddadige bevrijding van de crimineel Sreten J uit de gevangenis.

Plooy eiste gisteren straffen tot vijf jaar cel tegen drie verdachten die met de amfetaminedeal te maken zouden hebben gehad. De zaak kreeg destijds een grimmig karakter doordat een van de leveranciers die de politie op de korrel had, in koelen bloede werd doodgeschoten in de P. C. Hooftstraat in Amsterdam. Of deze liquidatie te maken heeft met de amfetaminedeal is onduidelijk.

R.’s advocaat Meijering heeft de rechtbank gisteren een reeks verzoeken voorgelegd, onder meer tot het horen van getuigen. Aan de hand daarvan wil de raadsman aantonen dat R. al hoofdpersoon was in andere onderzoeken en dat justitie zijn naam te grabbel heeft gegooid in de pers. De rechtbank beslist op 20 november op die verzoeken.