De 70-jarige Hans Eelman uit Oudeschild voer langs de plek waar vorig jaar nog de bultrug Johannes aanspoelde. Sonarbeelden toonden een groot metalen object op zo’n 8 meter diepte.

„Eerst dacht ik: daar liggen twee nieuwe bultrugwalvissen naast elkaar”, grapt Eelman. „Maar ik denk zeker te weten dat het om een Britse onderzeeër van het type E36 gaat. Die werd in 1917 overvaren door een Engels zusterschip op weg naar Terschelling. Al bijna een eeuw ligt dat ding daar. Toen ik de sonarbeelden zag, heb ik als strandvonder de vondst direct bij de politie gemeld.”

Aan boord van het wrak zouden zich nog vijf torpedo’s kunnen bevinden, zegt de schipper. „Dat betekent dat we wellicht voorzichtig moeten zijn. Verder vermoed ik dat het hele ding vol ligt met zand. Dat spul kruipt overal in, zeker na zoveel jaren. En mogelijk worden nog menselijke resten aangetroffen. Dat lijkt me geen prettige zaak.”

De zeediensten in Den Helder houden rekening met de vondst, zegt de 70-jarige eilander. Het gebied moet met boeien worden afgezet en veel schepen die in de garnalenvisserij worden ingezet, worden geadviseerd hun vaarroutes aan te passen.

Volgens een woordvoerder van de marine wordt er komende week serieus gekeken naar de vondst. „De melding over het wrak komt van iemand van wie wij weten dat hij verstand van zaken heeft. Dankzij onder andere nieuwe windmolenparken in zee veranderen de vaarroutes en dat levert soms nieuwe ontdekkingen op.”

Nader onderzoek kan pas van start gaan als de weersomstandigheden het toelaten. „Bij die operatie moeten verschillende organisaties in actie komen”, meldt de marinewoordvoerder. „De kustwacht zal vissers informeren over de toestand ter plaatse. De marine zal zich ontfermen over de mogelijkheid dat er explosieven aan boord zijn en houdt indien nodig contact met de Britten, want dit gaat om hun onderzeeër.”