Kabinet nu overtuigd van inzet gifgas Syrië
Het kabinet is er na bestudering van informatie van de bondgenoten nu van overtuigd dat op 21 augustus gifgas is ingezet tegen de burgerbevolking in Syrië. Met „aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid” is het Syrische regime van president Bashar al-Assad daarvoor verantwoordelijk.
Minister Frans Timmermans van Buitenlandse Zaken heeft dat donderdag in een brief aan de Tweede Kamer geschreven.
Op basis van „diepgaande informatie”, ontvangen van verschillende partnerlanden en geanalyseerd door de inlichtingendiensten, komt het kabinet tot deze conclusie. Afgelopen vrijdag verklaarde premier Mark Rutte op zijn wekelijkse persconferentie dat er nog geen „onweerlegbaar bewijs” was dat er gifgas was ingezet.
Timmermans laat weten „voorzichtig optimistisch” te zijn over een meer gemeenschappelijke aanpak van de crisis in het Arabische land. Hij vindt het bemoedigend dat de permanente leden van de VN-Veiligheidsraad kijken naar de opties voor een gezamenlijke actie. Het is een stap in de goede richting naar een duurzame politieke oplossing, aldus de minister.
De Syrische president Bashar al-Assad heeft donderdag nu ook zelf tijdens een interview op de Russische staatstelevisie gezegd dat hij akkoord gaat met het plan om zijn chemische wapens onder internationaal toezicht te stellen. Daarmee wordt militair ingrijpen vooralsnog voorkomen.
Wel stelde hij als voorwaarde dat de Amerikaanse dreigementen met een aanval eerst moeten stoppen. „Als we zien dat de VS echt stabiliteit willen in onze regio, stoppen met dreigen en ook geen wapens meer leveren aan terroristen, dan geloven we dat de noodzakelijke stappen kunnen worden genomen”, aldus Assad.
Het kabinet heeft vanaf het begin aangegeven een sterke voorkeur te hebben voor het volgen van het VN-spoor. Als er een resolutie komt in de Veiligheidsraad is het kabinet er „sterk voorstander” van dat er „een element van bestrijding van straffeloosheid” van het gebruik van chemische wapens in wordt opgenomen. Daarbij kan gedacht worden aan een verwijzing van de situatie in Syrië naar het Internationaal Strafhof (ICC) in Den Haag.
Om bestaande „in de ogen van het kabinet gerechtvaardigde” scepsis over het Syrische aanbod te overwinnen, zal het regime van Assad snel concrete informatie moeten geven over deze wapens, stelt Timmermans.
Op basis van de nieuwe informatie heeft de ChristenUnie al aangekondigd een nieuwe vertrouwelijke briefing te willen door de inlichtingendiensten AIVD en MIVD. Een soortgelijke bijeenkomst begin deze maand leverde volgens de Kamerleden weinig nieuws op.
Minister Timmermans vindt dat president Bashar al-Assad voor het Internationaal Strafhof (ICC) moet verschijnen.
