Mest op vlees onwenselijk maar onvermijdelijk
UTRECHT (ANP). Mest op vlees is onwenselijk, maar haast onvermijdbaar. Als er goed mee omgegaan wordt, dus direct schoongemaakt, is het geen probleem. Maar door de hoge productiedruk, kunnen ook ziekteverwekkende bacteriën zoals salmonella en klebsiella in de voedselketen terechtkomen, met alle gevolgen van dien. Dat zegt voedseltechnoloog IJsbrand Velzeboer, directeur van Scienta Nova, een onafhankelijk adviesbureau in de voedingsmiddelenindustrie.
Als bij de slacht per ongeluk een darm verkeerd wordt doorgesneden en de darminhoud op het karkas terecht komt, heet dat mestbezoedeling. „Het is geen nieuw fenomeen. Het karkas moet dan apart gelegd worden om schoon te maken. Maar het komt voor dat ‘t niet gebeurt, bijvoorbeeld in de haast of doordat de medewerker van het slachthuis het niet in de gaten heeft.”
Het grootste risico op besmetting heeft vlees dat aan het einde van de productieketen staat. Hamburgers en gehakt bijvoorbeeld, waar veel restvlees in zit. „De fastfoodindustrie loopt het meeste risico op besmet vlees.”
Een groot deel van de problemen zouden volgens de voedseldeskundige voorkomen kunnen worden als de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) vaker, gerichter en onaangekondigd gaat controleren. „Waarom gaan de controleurs niet een keer zonder waarschuwing vooraf om 3 uur ’s nachts een slachthuis naar binnen?” Hij vervolgt: „Met de ophef die nu is ontstaan is het belangrijk dat de NVWA snel duidelijk maakt of er een gevaar is voor de volksgezondheid.”
Dierenbelangenorganisatie Wakker Dier vreest dat door de lage prijs van vlees er geen geld meer over is voor eigen controle en handhaving. „Kip kost bijvoorbeeld minder dan kattenvoer. Vlees is veel te goedkoop geworden, het verbaast ons helemaal niets dat er steeds meer schandalen rondom vlees zijn.”
Volgens Velzeboer is de voedselverwerking in Nederland toch „best fatsoenlijk” geregeld. „In bijvoorbeeld de Verenigde Staten is het veel erger. Daar ligt de productiesnelheid vele keren hoger en komen regelmatig grote bacteriologische uitbraken voor die we hier in Nederland gelukkig niet kennen.”
Verantwoordelijk staatssecretaris Sharon Dijksma (Economische Zaken) liet dinsdag aan de Tweede Kamer weten dat het toezicht op het werk in de slachterijen beter moet.