Poetin deed deze uitspraken dinsdagavond in een interview met Associated Press en Kanaal 1 van de Russische staatstelevisie.

De Russische leider noemde het ‘bespottelijk’ dat de regering van de Syrische president Bashar Assad - een bondgenoot van Rusland - chemische wapens zou gebruiken op een moment dat het Syrische leger het overwicht in de strijd tegen de rebellen heeft. „Als er gegevens zijn dat er chemische wapens zijn gebruikt, dan zou dit bewijs moeten worden voorgelegd aan de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties”, zei Poetin. „En het moet overtuigend zijn. Het moet niet zijn gebaseerd op geruchten en informatie verkregen door middel van afluisterpraktijken, enkele gesprekken en soortgelijke zaken.” Hij vergeleek het bewijs van Washington met de onjuiste gegevens over massavernietigingswapens die de regering-Bush gebruikte om de inval in Irak in 2003 te rechtvaardigen.

Poetin noemde het ‘te vroeg’ om te praten over wat Rusland zou doen als de Verenigde Staten Syrië aanvallen. Hij sprak in het interview de hoop uit dat hij met zijn Amerikaanse ambtgenoot Barack Obama, die voor de top van de G20 in Petersburg wordt verwacht, tot een serieus gesprek kan komen over de kwestie Syrië. Poetin leek zich verzoenend op te stellen, nu de betrekkingen tussen beide grootmachten zijn bekoeld door onder meer de situatie in Syrië en de kwestie rondom de Amerikaanse klokkenluider Edward Snowden.

Poetin zei dinsdagavond ook dat Moskou enkele onderdelen van het S-300-luchtafweergeschut aan Syrië heeft geleverd, maar dat de verschepingen momenteel stilliggen. Hij suggereerde dat Rusland het afweergeschut mogelijk aan een ander land verkoopt als westerse landen Syrië aanvallen zonder steun van de VN-Veiligheidsraad. Mogelijk doelde hij in bedekte termen op de hernieuwing van een contract voor wapenverkoop aan Iran. Dat contract werd enkele jaren geleden onder zware druk van de Verenigde Staten en Israël geannuleerd.