De rechtbank bepaalde vrijdag dat de aanwijzingen tegen beide verdachten sterk genoeg zijn voor verlenging van het voorarrest. In beide zaken is het onderzoek nog in volle gang.

De 21-jarige Bennajem werd op 19 april in Amsterdam-West doodgeschoten. Najib Bouhbouh (36) stierf op 18 oktober in Antwerpen, nadat hij onder vuur was genomen.

Het onderzoek in de zaak-Bouhbouh is door het Openbaar Ministerie in Amsterdam overgenomen, wegens verwevenheid met ander grof onderwereldgeweld, waaronder de schietpartij in de Staatsliedenbuurt eind vorig jaar. Een groep daders executeerde toen twee jonge mannen. Benaouf A. zou het beoogde slachtoffer zijn geweest, maar hij wist te ontkomen.

A.verdween daarna geruime tijd van de radar, maar de politie pakte hem op 22 februari in Rotterdam op. Hij was in het bezit van twee vuurwapens en een pak geld. Voor die feiten is hij inmiddels veroordeeld tot 1 jaar cel. In juni arresteerde de politie hem in zijn cel op verdenking van betrokkenheid bij de moord op Bouhbouh.

Rida Bennajem wordt in diverse moordonderzoeken als mogelijke dader genoemd, ook in de zaak-Bouhbouh. Tevens zou hij in het gezelschap van Benaouf A. hebben verkeerd tijdens de schietpartij in de Staatsliedenbuurt.

Solaiman L. en Benaouf A. wijzen iedere betrokkenheid bij de liquidaties van de hand. Voor het overige zwijgen zij. Verklaren is levensgevaarlijk, zette L.’s advocaat Jan-Hein Kuijpers de rechtbank vrijdag uiteen. „Ik laat hem zwijgen, ik wil hem graag in leven houden”, zei de raadsman.

De rust is nog niet teruggekeerd. Eerder deze maand raakte een 27-jarige man ernstig gewond toen hij door onbekenden in Amsterdam-Slotervaart van zijn scooter werd geschoten. Het slachtoffer geldt als verdachte van een moordcomplot tegen Benaouf A. Een verdachte in de zaak-Bouhbouh pleegde onlangs zelfmoord in het huis van bewaring.