Het Britse Lagerhuis besloot donderdag geen steun te geven aan een eventuele militaire actie tegen Syrië. Dit betekent dat de Britten bij een Amerikaanse aanval geen directe rol zullen vervullen. De Britse regering is daarmee voorlopig en waarschijnlijk definitief uitgeschakeld in de campagne om Syrië militair te straffen voor vermeende gifgasaanvallen.

Een meerderheid van 285 Britse parlementsleden, inclusief leden van de Conservatieve Partij van premier David Cameron, stemde „tegen het principe van militair ingrijpen” zoals de oppositiepartij Labour het samenvatte. Niet meer dan 272 parlementsleden voelden wel voor eventuele militaire actie.

De uitslag heeft volgens Britse media het buitenlands beleid van Cameron van tafel geveegd. De premier heeft dat ingezien en zijn plan om zich militair met het conflict in Syrië te bemoeien, onmiddellijk laten vallen: „Het is duidelijk dat het Britse parlement (…) geen militaire actie wil. Ik heb die boodschap begrepen (…).”

De Britse minister van Defensie, Philip Hammond, reageerde teleurgesteld. Volgens hem is de weerstand tegen militair ingrijpen een gevolg van de fel omstreden invasie van Irak (2003). Hammond zei dat zijn land nu niet meer deelneemt aan voorbereidingen voor militair ingrijpen.

Washington laat zich niet van de wijs brengen door het Britse besluit. „De president (Barack Obama) meent dat er essentiële belangen van de VS in het geding zijn en dat landen die internationale waarden schenden met betrekking tot chemische wapens rekenschap moeten afleggen”, zei een woordvoerder van het Witte Huis. Waarnemers vertalen dat als de mededeling dat de VS desnoods alleen actie ondernemen.

Frankrijk gaat eveneens door met de voorbereidingen voor een militaire actie tegen Syrië. Dat zei president François Hollande vrijdagmorgen in een interview met Le Monde. Hij herhaalde dat Frankrijk voorstander is van een „proportionele en krachtige actie.”

De VS hebben laten weten dat een mogelijke operatie „zeer beperkt” zal zijn. Een vergelijking met de oorlog in Irak is dan ook niet op zijn plaats.

De Nederlandse Tweede Kamer stemde donderdag intussen in met de lijn die minister Timmermans van Buitenlandse Zaken uitstippelde. Eerst moet er volstrekte helderheid zijn over de feiten en daarna moet de VN-Veiligheidsraad zich erover buigen. Voor er ingegrepen wordt, moet er volgens de Kamer voldoende juridische basis zijn. De VVD-fractie hield de mogelijkheid open om steun te geven aan een militaire actie, ook als de Veiligheidsraad er niet mee heeft ingestemd. Volgens de liberaal Ten Broeke moet wel eerst het VN-spoor worden gevolgd.

De christelijke partijen vroegen onder meer aandacht voor een mogelijke escalatie van het conflict waardoor ook Israël erbij betrokken

zou worden. Dat noopt volgens de woordvoerders tot de nodige terughoudendheid bij ingrijpen.

De linkse fracties vinden dat Nederland meer Syrische vluchtelingen moet opnemen. Minister Timmermans is daar niet voor.