Duitse hoogleraar ontdekt aantekeningen van Luther
In de Herzog August Bibliothek in de Duitse stad Wolfenbüttel is een boek ontdekt met daarin aantekeningen van de Maarten Luther (1483-1546). Het gaat om de oudste handgeschreven stukken van de reformator die bekend zijn.
De geëmeriteerde hoogleraar Ulrich Bubenheimer van de Pädagogische Hochschule in Heidelberg ontdekte de vondst in een verzamelband. In het opgenomen deel ”Kaiserchronik” van de Straatsburgse humanist Jakob Wimpfeling (1450-1528) vond hij aantekeningen van Luther. Dat maakten de nieuwsbronnen Presserelations.de en Kathweb.at maandag bekend.
Wimpfeling en Luther kenden elkaar. Wimpfeling diende later nog een verzoek in bij de curie van de Rooms-Katholieke Kerk om Luthers ban ongedaan te maken. Hijzelf kwam ook buiten de Rooms-Katholieke Kerk te staan, maar vanwege afwijkende standpunten werd hij niet geaccepteerd door de volgelingen van Luther.
De gevonden aantekeningen werpen licht op de visie van de hervormer voor het officiële begin van de Reformatie, toen hij in 1517 de 95 stellingen bevestigde aan de deur van de slotkapel van Wittenberg.
Volgens onderzoeker Bubenheimer is op basis van de aantekeningen te concluderen dat Luther in het begin van de zestiende eeuw nog positief stond ten opzichte van de heiligenverering. Verder concludeert Bubenheimer dat Baptista Mantuanus (1447-1516) de eerste dichter uit zijn tijd was die Luther las. Tussen 1505 en 1511 moet Luther werken van de Italiaanse dichter, schrijver en humanist hebben bestudeerd.