Puberaal
Puberteit is een lastig verschijnsel, zowel voor ouders als voor kinderen. Voor ouders is het niet altijd duidelijk wanneer hun kind de puberteit is binnengestapt. Meestal komen ouders op een bepaald moment gewoon tot de ontdekking dat hun kind nu toch wel echt aan het puberen is.
Voor kinderen is het wat gemakkelijker om vast te stellen wanneer hun puberteit begint; het is het moment waarop ze ontdekken dat hun ouders zeurpieten zijn!
Kenmerken van de puberteit zijn onder meer heftige en onberekenbare stemmingswisselingen, niet kunnen plannen, afspraken slecht nakomen, rommelig zijn, laat naar bed gaan en vervolgens ’s morgens niet uit bed kunnen komen.
Het is waar, het ene kind heeft meer last van de puberteit dan het andere. En het is ook waar dat de ene ouder met dit verschijnsel beter kan omgaan dan de andere. Puberteit kan een heftige periode zijn. Eerst leek de opvoeding nog min of meer vanzelf te gaan en dan opeens lijkt alles tegen te zitten.
Dit alles heeft te maken met de schijnbaar onregelmatige ontwikkeling van de hersendelen tijdens de puberteit. Het gaat daarbij vooral om de voorste hersendelen; de zogenoemde prefrontale cortex. In dit gebied bevinden zich onder meer de plannings- en controlefuncties. Pas in de late puberteit, tussen de achttien en twintig, tweeëntwintig jaar, is dit deel van de hersenen volledig rijp. Logisch dus dat een puber rommelig en instabiel over kan komen.
De hevige verliefdheid die bij pubers voor kan komen, heeft met ditzelfde hersengedeelte te maken. De prefrontale cortex is het hersengedeelte dat ook wel het beloningssysteem wordt genoemd. Zolang dit gebied nog niet rijp is, worden gevoelens vaak ongeremd beloond. Dit hersengebied dat later de hevige gevoelens van verliefdheid kan begrenzen, is daar in de puberteit nog niet voldoende rijp voor.
En dan nog de grote ergernis van veel moeders; de puber die ’s avonds veel te laat naar bed gaat en er vervolgens ’s morgens niet uit te krijgen is. Ook dat is verklaarbaar. Tijdens de puberteit gaat het waak- en slaapritme veranderen. Het stofje melatonine, het hormoon dat ervoor zorgt dat we ’s avonds slaperig worden, wordt steeds later op de avond afgescheiden. En dat zorgt ervoor dat onze puber dus steeds later zin krijgt om naar bed te gaan. Tegelijkertijd heeft de puber meestal meer dan acht uur slaap nodig vanwege een overdosis aan prikkels die men juist in deze levensfase dagelijks binnenkrijgt.
Voor ouders is het lastig dat pubers vaak zo onberekenbaar zijn. Ze geven je regelmatig het gevoel dat je als ouders alles fout doet. Ze halen af en toe het bloed onder je nagels vandaan. Gelukkig zijn het buien die meestal vanzelf overgaan. En tussen die buien door zijn pubers gewoon hartstikke leuk!
Ben Zijl is psychosociaal therapeut, gespecialiseerd in autisme en gedragsstoornissen. Hij heeft een eigen praktijk en wordt op scholen voor speciaal onderwijs ingezet.