Wereldwijd stierven 70 miljoen christenen om geloof
SOUTH HAMILTON. Wereldwijd stierven bijna 70 miljoen christenen in de jaren 33 tot 2000 om hun geloof, stelt de Amerikaanse onderzoeker dr. Todd M. Johnson. Meer dan de helft van hen werd gedood in de twintigste eeuw (45,4 miljoen).
Johnson is docent wereldwijd christendom aan het Gordon-Conwell Theologisch Seminarium in South Hamilton en directeur van het Centrum voor studie van het wereldwijde christendom. Hij publiceerde zijn onderzoek in het boek ”World Christian Trends”, waarvan hij coauteur is.
Wanneer mensen het woord martelaar horen, hebben ze de neiging om te denken aan de Romeinse vervolging van de eerste christenen, zegt Johnson. „Dit is echter onjuist. Martelaarschap is een onveranderlijk kenmerk van de kerkhistorie en komt voor in elke christelijke traditie en geloofsgemeenschap.” Een martelaar is „een gelovige in Christus die zijn leven voortijdig heeft verloren, als getuige, als gevolg van menselijke vijandigheid.”
Wereldwijd stierven er bijna 70 miljoen christenen in de jaren 33 tot 2000 om hun geloof, concludeerde Johnson. Meer dan de helft van hen werd gedood in de twintigste eeuw (45,4 miljoen). Ruim 20 miljoen christenen kwamen om in kampen in de Sovjet-Unie.
Die getallen zijn een schatting op basis van „martelaarschap-situaties” die zich op bepaalde momenten in de geschiedenis hebben voorgedaan: bijvoorbeeld grootscheepse christenvervolgingen. Niet alle slachtoffers van een bepaald regime hoeven overigens christenen te zijn, daarmee is rekening gehouden. Ook christenen die in het verleden als „ketters” zijn terechtgesteld, tellen mee.
Antichristelijke regimes, vooral atheïstische, zijn verantwoordelijk voor de dood van de meeste martelaren. Maar ook christenen zelf zijn schuldig aan de dood van 5,5 miljoen medechristenen.
De helft van alle martelaren is oosters-orthodox christen. Een gedeeltelijke verklaring daarvoor is het feit dat „de grote antichristelijke rijken in de geschiedenis zich concentreerden in Oost-Europa en Centraal-Azië.”
Het wereldwijde aantal martelaren is de eeuwen door „opmerkelijk constant”: 0,8 procent van alle christenen. Dat wil zeggen dat 1 op de 120 christenen omkomt vanwege zijn geloof. Dit zal in de toekomst niet anders zijn, verwacht de onderzoeker. In sommige landen blijkt dat martelaarschap wordt gevolgd door groei van de kerk. Een actueel voorbeeld is de kerk in China, aldus Johnson. „In 1949 telde China 1 miljoen christenen. Vijftig jaar van antireligieus communisme leidde tot de dood van 1,2 miljoen martelaren. Het resultaat: een explosieve kerkgroei. China kent tegenwoordig zo’n 100 miljoen christenen.”
Aan het einde van de twintigste eeuw zijn er twee situaties die ernstiger zijn dan alle overige, stelt Johnson: het bloedblad van christenen in Zuid-Sudan en de genocide in Rwanda. Tegenwoordig zijn Congo, Sudan, Indonesië en Nigeria landen waar christenen nog steeds worden vervolgd. Een rapport over martelaarschap is interessant, stelt de onderzoeker, maar kent ook nadelen. „We praten demografisch over vervolgde christenen, maar laten de duizenden indrukwekkende verhalen weg. Gelukkig kunnen we die in andere publicaties lezen.”
Nederlands overzicht van martelaren
In het boek ”Historie der Martelaren” beschreef Adriaan van Haemstede (1525-1562) mannen en vrouwen die hun leven gaven voor het geloof in Jezus Christus. Van Haemstede –een gereformeerd prediker die meer dan eens moest vluchten vanwege zijn geloof– vertelt weinig over de achtergrond van de personen die hij beschrijft. Het gaat hem om hun vrome levenseinde.
Het boek verscheen voor het eerst in 1559 en is sindsdien uitgebreid en vele malen herdrukt. De laatste editie van 1747 geeft een overzicht van de martelaren vanaf de Vroege Kerk tot circa 1650. Bekende Nederlandse voorbeelden zijn Jan de Bakker, Guido de Brès en Wendelmoet Claesdochter.