Afgelopen week bleek uit tests dat de gevaarlijke bacterie mogelijk terecht is gekomen in drie partijen weiproteïneconcentraat, een product dat onder meer wordt gebruikt in babymelkpoeder en sportdranken. Het spul is al in mei 2012 geproduceerd.

De besmette producten zijn vrijwel zeker niet in Nederland terechtgekomen. Dat heeft de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit laten weten. Nederland is met Nieuw-Zeeland aangesloten bij een systeem waarbij landen elkaar waarschuwen voor risico’s. Europa heeft nu niets gehoord.

Er zijn volgens de Nieuw-Zeelandse omroep geen ziekte- of sterfgevallen bekend die het gevolg kunnen zijn van de besmetting. Ook de oorzaak van het probleem is inmiddels weggenomen. Uit onderzoek bleek dat een stuk pijp in een fabriek destijds niet goed gesteriliseerd was.

In maart van dit jaar bleek pas dat er mogelijk iets aan de hand was, stelde het bedrijf zaterdag. Toen werd duidelijk dat de bacterie Clostridium in het concentraat zat, maar nog niet dat het om de schadelijke variant ging. Er bestaan namelijk honderden soorten Clostridium en de meeste daarvan zijn onschadelijk.

De besmetting kan leiden tot het terugroepen van producten. Zo heeft de Chinese overheid importeurs van Nieuw-Zeelandse zuivel kort na de bekendmaking opgedragen om producten die besmet zouden kunnen zijn zo snel mogelijk uit de handel te halen. Het Aziatische land heeft inspectiediensten bovendien opgedragen om het toezicht op zuivel uit Nieuw-Zeeland per direct op te voeren.

Fonterra heeft niet bekendgemaakt bij welke afnemers mogelijk besmette voorraden terecht zijn gekomen. Volgens het bedrijf staat verder in ieder geval vast dat zuivelproducten als melk, yoghurt en kaas niet besmet zijn.

De coöperatieve multinational Fonterra neemt meer dan een derde van de internationale zuivelexport voor zijn rekening.