Een op tien jongeren slachtoffer cyberpesten
DEN HAAG. Een op de tien jongeren tussen de 15 en de 18 jaar is vorig jaar wel eens gepest op internet. Ze waren bijvoorbeeld het slachtoffer van laster, stalken, bedreiging en chantage. Dat blijkt uit cijfers die het CBS woensdag publiceerde.
Uit hetzelfde onderzoek blijkt dat ook volwassenen slachtoffer zijn van cyberpesten, maar minder vaak. In de categorie 18- tot 25-jarigen gaf 7 procent aan in 2012 weleens digitaal gepest te zijn. Bij de ondervraagden in de leeftijd van 45 tot 65 jaar is iets meer dan 2 procent slachtoffer geweest van internetpesterijen.
De meest voorkomende vorm van cyberpesten onder jongeren is laster, zegt het CBS. Dan gaat het om kwetsende teksten op internetfora of sociale media, of het verspreiden van foto’s en filmpjes.
De meeste slachtoffers maken geen melding van cyberpesten bij de politie, terwijl het in sommige gevallen, zoals bij bedreiging, wel strafbaar is.
Volgens een woordvoerder van het statistiekbureau komt online pesten vaker voor bij meisjes dan bij jongens. „Wij hebben de indruk dat meisjes elkaar indirecter het leven zuur maken, terwijl jongens dat op een directe manier doen.” De precieze verhouding kon de zegsman niet geven, maar volgens hem gaat het om een significant verschil.
Uit eerder onderzoek van de Britse universiteit van Bedfordshire bleek al dat slachtoffers van cyberpesten vooral worden belaagd via sociale netwerken. Dat gebeurt veel vaker dan via bijvoorbeeld via de e-mail of de telefoon.
Pestdeskundige Bob van der Meer zei eerder in deze krant dat cyberpesten ingrijpender is dan ‘gewoon’ pesten. „De pesterijen achtervolgen het slachtoffer tot op zijn eigen kamer. Digitaal pesten reikt ook vele malen verder. Pesten via internet ziet de hele wereld. Iedereen kan het lezen. Je kunt je online moeilijker verdedigen. Doorgaans blijft het ook nog eens voor altijd zichtbaar.”