Studie: Amerikanen verbinden religieus leven vooral met goeddoen
Zes op de tien Amerikanen vindt dat religieuze uitingen van mensen in de eerste plaats wordt gekenmerkt door het doen van het goede en het maken van juiste keuzes. Iets meer dan een derde van de Amerikanen verbindt religieus-zijn met bezit van het geloof en van de juiste overtuigingen.
Dat blijkt uit de resultaten van een rapport van het Public Religion Research Institute (PRRI) en het Brookings Institute, beide in Washington. Het rapport werd donderdag openbaar gemaakt. Een deel Economische Waarden Onderzoek waarop het rapport (pdf) is gebaseerd, gaat over religie. De onderzoekers benaderden daarvoor 2002 volwassen personen in de Verenigde Staten voor een telefonische enquête.
Van de vooruitstrevende Amerikanen verbindt acht op de tien geloof met goed handelen tegenover ruim de helft van de behoudende Amerikanen. Degenen die geloof vooral koppelen met het hebben van een goede overtuiging zijn in de minderheid met 16 procent bij progressieven en 28 procent bij conservatieven.
Het onderzoek haakt aan op een oude discussie in het christendom, zegt directeur Robert P. Jones van het PRRI. „De Paulinische literatuur, met name het boek Romeinen, stelt dat religieuze rechtvaardiging alleen door het geloof geschiedt. Terwijl het boek Jacobus het tegendeel lijkt te verklaren: „Geloof zonder de werken is dood.””
Moraal
Hogeropgeleiden beantwoorden de vraag of het noodzakelijk is om in God te geloven om een goede moraal te hebben en goede waarden na te streven, vaker ontkennend dan lageropgeleiden. Ook rijke Amerikanen, sterk maatschappelijk betrokken personen, religieuze progressieven en –niet opvallend– niet-religieuzen beantwoorden die vraag vaker met nee.
Behoudend
De onderzoekers hebben de bevolking van de Verenigde Staten verdeeld in vier categorieën wat betreft hun theologische achtergrond. De groep van theologische conservatieven is het grootst met 38 procent. Daarna volgen de theologisch gematigden (28 procent), de theologisch progressieven (19 procent) en de niet-religieuzen (15 procent).
De groep conservatieven neemt al enkele generaties lang af, aldus het rapport. De categorie vooruitstrevend en niet-religieus wordt groter.
Zwarte Amerikanen zijn conservatiever dan blanke, terwijl de laatste groep weer meer niet-religieuzen telt. Vooral blanke evangelicals en zwarte protestanten kiezen vaak een behoudende koers. Hun economische opvattingen lopen desalniettemin uiteen. Zwarte protestanten houden vaak van een progressief economisch beleid, terwijl blanke evangelicals een behoudend beleid voorstaan. Wat politieke voorkeur betreft, zijn vooral republikeinen theologisch gezien behoudend.
Lees hier het hele rapport.
