„Leden familie uitgemoord in Syrië”
BEIROET (ANP/RTR/EFE). Troepen die trouw zijn aan de Syrische president Basah al-Assad hebben tenminste 13 leden van één familie (onder wie 4 vrouwen en 6 kinderen) omgebracht in het dorpje Baida. Dat heeft het Syrische Observatorium voor Mensenrechten zondag gezegd.
Een familielid dat zondag op bezoek ging, vond buiten het huis de lijken van mannen, die waren doodgeschoten. Binnen lagen de dode vrouwen en kinderen. Sommige lijken waren verbrand.
In mei werden in dit dorpje 50 mensen, onder wie veel kinderen, vermoord. Het soennitische Baida ligt in de westelijke provincie Tartus, een bolwerk van alawieten, een sekte waartoe Assad ook behoort.
De al twee jaar durende opstand tegen Assad wordt geleid door de soennitische meerderheid. Steeds vaker vinden er gevechten plaats tussen de verschillende religieuze groeperingen. Vorige maand vermoorden rebellen in het dorpje Hatla zeker 60 sjiitische moslims.
Ook elders in het land werd zondag gevochten. Zo woedden rond het internationaal vliegveld van Aleppo hevige gevechten. Opstandelingen proberen al twee jaar lang deze stad in te nemen, maar hebben slechts enkele wijken in handen. Zondag probeerden ze deze patstelling te doorbreken en vielen ze stadsdelen aan die onder controle staan van het Syrische leger. Volgens de Syrische media zijn ze daar niet in geslaagd. Tienduizenden inwoners zijn inmiddels de stad ontvlucht.
In Adra, nabij Damascus, kwamen 50 opstandelingen om toen ze in een hinderlaag liepen van het leger. De opstandelingen probeerden deze stad terug te veroveren, omdat het aan een belangrijke aanvoerroute voor wapens ligt. In het plaatsje Ariha, in het noorden van Syrië, kwamen zeker 18 burgers om toen het leger een markt bombardeerde.
De burgeroorlog in Syrië heeft inmiddels meer dan 100.000 mensen het leven gekost.