De vastzittende hoofdverdachte, Juan Cuenca, was manager van het team waarvoor Visser in Murcia heeft gespeeld. In dat team speelde ook een naast familielid van De Alba, volgens de krant. De Alba is eigenaar van de boomgaard waar de stoffelijke resten van Visser en Severein 26 mei werden aangetroffen. Cuenca heeft eerder gezegd dat De Alba helemaal niets van de misdaad afwist.

De Alba is in mei al verhoord omdat de slachtoffers op zijn land zijn werden aangetroffen. De politie bleef het echter vreemd vinden dat de stoffelijke resten zo ver van de plaats van de moord zijn begraven. De Alba zou Cuenca wel hebben gekend voor de moorden en hij wordt er nu van verdacht belangrijke informatie voor de politie te hebben verzwegen.

Visser en Severein werden waarschijnlijk 14 mei op gruwelijke wijze vermoord in een afgelegen vakantiewoning ten noordwesten van de stad Murcia. Ze waren daar waarschijnlijk naartoe gegaan om over een zakelijk geschil te praten. Hun stoffelijke resten werden 26 mei gevonden in de boomgaard van De Alba ten oosten van Murcia, een dag na de arrestatie van Cuenca.

De andere twee verdachten zijn de Roemenen Constantin Stan en Valentin Ion, die de moorden in opdracht zouden hebben gepleegd.