Binnenland

Burger speurt met iPhone naar fijnstof in de lucht

LOPIK. Het experiment lijkt geslaagd. De eerste Nationale iSPEX-dag heeft pakweg 5000 fijnstofmetingen opgeleverd. De servers die de luchtkwaliteit registreren, waren door overbelasting zelfs even uit de lucht.

9 July 2013 10:36Gewijzigd op 15 November 2020 04:38
LOPIK. Duizenden Nederlanders hebben maandag op de Nationale iSPEX-dag fijnstof in de lucht gemeten. Foto ANP
LOPIK. Duizenden Nederlanders hebben maandag op de Nationale iSPEX-dag fijnstof in de lucht gemeten. Foto ANP

Maandagmorgen. Duizenden Nederlanders steken ongeveer tegelijkertijd hun iPhone in de lucht. Een speciaal opzetstukje –met een bijbehorende app– meet de hoeveelheid fijnstof in de lucht. Maandagmiddag. Het ritueel herhaalt zich.

„Het primaire doel van het iSPEX-experiment is te onderzoeken hoe nauwkeurig de massale metingen zijn”, legt Marieke Baan van de Nederlandse Onderwijsschool voor Astronomie (NOVA) uit. „En welke informatie ze over fijnstof toevoegen. Om die reden is een groot aantal metingen op één dag vereist.”

Burgers maken met het meetapparaatje op hun iPhone een reeks fotootjes, in een vloeiende beweging, vanaf horizon tot loodrecht boven hun hoofd. „Het opzetstuk meet aan de hand van zonlicht de hoeveelheid stofjes in de lucht”, licht KNMI-onderzoeker Arnoud Apituley toe. „Het aantal deeltjes en de omvang daarvan worden vastgelegd.” Omdat sommige stofdeeltjes water aantrekken, is een droge, heldere dag nodig. De initiatiefnemers hebben wekenlang moeten wachten op een stralende dag met stabiel zomerweer. Gisteren waren de omstandigheden ideaal. Veel zon, weinig wolken. En een onbekende hoeveelheid enge stofjes in de lucht.

Fijnstof is slecht voor de gezondheid. Elk jaar zou een groot aantal mensen voortijdig overlijden door blootstelling aan grote hoeveelheden fijnstof. Vooral langs snelwegen en op industrieterreinen kunnen de concentraties oplopen. „Voor mensen met astma is fijnstof heel vervelend”, aldus Baan.

Het Longfonds noemt het project „veelbelovend.” Volgens het fonds dringt het besef door dat luchtvervuiling ziek kan maken. „Het Longfonds droomt van een toekomst waarin iedereen op elk gewenst moment de actuele luchtkwaliteit kan bekijken.”

Stippen

Het KNMI registreert dagelijks in het Cesargebouw bij Lopik met wetenschappelijke apparatuur de hoeveelheid fijnstof. De in totaal 4957 publieksmetingen van gisteren moeten aanvullende informatie opleveren over de situatie in Nederland.

Het KNMI verzamelt alle individuele iSPEX-metingen in een database en verwerkt ze in een kaart van Nederland (ispex.nl/kaart). Een rode stip op de kaart betekent vervuilde lucht, een blauwe stip staat voor heldere lucht.

De stedelijke gebieden leveren meer rode stippen op dan het platteland. Maar dat wisten we toch al? „Zeker”, stelt Baan, „maar we krijgen nu extra informatie over verspreiding en samenstelling van de vervuiling.”

De kaart vermeldt op de A9 bij Amsterdam twee, deels elkaar overlappende stippen: rood en blauw. „Dat soort gekke dingen filteren we er straks in de database uit. Is er één meting totaal afwijkend, dan weten wij dat die ene niet correct is.”

Deelnemers kunnen de luchtkwaliteit in hun omgeving beïnvloeden door bijvoorbeeld sigarettenrook voor hun meetapparaatje te blazen. Met informatie over de slechte luchtkwaliteit zouden ze vervolgens bij de overheid kunnen aandringen op extra maatregelen.

Toch gaat deze vlieger niet op, verzekert Baan. „Om fraude te voorkomen moet elke deelnemer zijn meting twee keer direct achter elkaar verrichten. Een wolkje rook is nooit twee keer exact hetzelfde. Misleidende metingen filteren wij er zo uit.”

ISPEX is een initiatief van de Universiteit Leiden, NOVA, het expertise-instituut SRON, het KNMI en het RIVM. Het project 
is van de grond gekomen dankzij de Academische Jaarprijs 2012 van 100.000 euro. Met dit geld is de meetmethode ontwikkeld en zijn er 10.000 apparaatjes uitgedeeld.

Burgerwetenschap

De kracht van het experiment zit vooral in de duizenden deelnemers, vindt Baan. „Het grote aantal metingen maakt het mogelijk om wetenschappelijk verantwoorde conclusies te trekken.”

Apituley verwacht de eerste resultaten van het project in het najaar. „Op dit moment kunnen we de helderheid boven Nederland al in kaart brengen. De verzamelde gegevens over fijnstof moeten echter eerst nauwkeurig worden geanalyseerd.”

Uiteindelijk is het belangrijkste van dit project dat duizenden vrijwilligers zelf enthousiast wetenschappelijke metingen verrichten, verklaart projectleider Frans Snik. „Wij zijn ervan overtuigd dat onderzoek waarbij burgers wetenschappers helpen, een grote toekomst heeft.” Diverse landen tonen interesse. In september volgt mogelijk een tweede meetdag. „Voor mensen die nu op vakantie zijn.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer