Buitenland

Pakistaans rapport over Bin Laden uitgelekt

ISLAMABAD (AP). Osama bin Laden kon negen jaar onopgemerkt in Pakistan verblijven door onthutsende nalatigheid en incompetentie van de inlichtingendiensten en de militaire en burgerlijke autoriteiten op vrijwel elk niveau. Dat staat in een Pakistaans regeringsrapport dat maandag via de Arabische zender Al-Jazeera is uitgelekt.

9 July 2013 06:53Gewijzigd op 15 November 2020 04:38
Bin Laden. beeld EPA
Bin Laden. beeld EPA

Het 366 pagina’s tellende rapport is opgesteld door een commissie die van de regering de opdracht had gekregen de omstandigheden te onderzoeken rond de Amerikaanse commandoraid in mei 2011, waarbij de oprichter van Al-Qaida werd gedood. Al-Jazeera heeft het rapport maandag op zijn website gepubliceerd. Pakistaanse functionarissen wilden niet reageren op vragen over de authenticiteit.

De actie van de Amerikaanse Navy SEALS in de noordwestelijke garnizoensstad Abbottabad verraste de Pakistaanse autoriteiten volkomen. De Amerikanen zeggen dat zij Pakistan niet op de hoogte hadden gesteld omdat zij vreesden dat Bin Laden kon worden getipt. Velen in de Verenigde Staten vermoedden dat Pakistaanse functionarissen de Al-Qaidaleider hielpen, hoewel Washington daar nooit bewijs van heeft gevonden.

Het rapport zegt dat er geen bewijs is gevonden dat huidige of vroegere Pakistaanse functionarissen Bin Laden hebben geholpen zich verborgen te houden, hoewel dit ook niet volledig wordt uitgesloten. Het rapport stelt dat er erg weinig bekend is over het steunnetwerk van Bin Laden in Pakistan, anders dan de kleine groep familie en helpers die bij hem in Abbottabad woonden.

Het rapport levert ongezouten kritiek op alle overheidsniveaus, inclusief het machtige leger en de inlichtingendiensten, omdat de terroristenleider gedurende een periode van negen jaar onopgemerkt op zes verschillende plaatsen in Pakistan kon wonen, nadat hij in 2001 op het nippertje aan de Amerikanen in Afghanistan was ontsnapt.

„Samenvattend, zijn nalatigheid en incompetentie in meerdere of mindere mate op bijna alle bestuursniveaus duidelijk”, stelt het rapport, dat is gebaseerd op verklaringen van meer dan tweehonderd getuigen, officiële stukken en bezoeken ter plaatse.

De kritiek op de strijdkrachten en de inlichtingendiensten is opmerkelijk; weinig Pakistaanse politici durven het aan deze machtige instanties op de korrel te nemen. Maar of het rapport tastbare gevolgen zal hebben is onduidelijk. De commissie heeft de regering aanbevolen het rapport openbaar te maken, omdat het anders in een la zou verdwijnen, maar dat is nooit gebeurd, ofschoon het al een paar maanden geleden is voltooid.

In de Verenigde Staten blijken de militaire dossiers over de raid op de schuilplaats van Bin Laden uit de computers van het Pentagon te zijn verwijderd en te zijn overgedragen aan de CIA. Ze kunnen dan niet meer worden opgeëist met een beroep op het wettelijke recht op informatie.

Het is volgens het Pakistaanse rapport onthutsend dat niemand bij de Pakistaanse overheid Bin Laden heeft ontdekt, hoewel hij zes jaar lang in Abbottabad woonde in een complex dat ‘nauwelijks normaal’ kon worden genoemd. Het lag afgezonderd van andere woningen, met hoge muren en prikkeldraad er omheen. Als hij op het terrein naar buiten ging, zette Bin Laden een cowboyhoed op, om niet vanuit de lucht te worden herkend.

„De mate van incompetentie is op zijn zachtst gezegd verbazingwekkend, zo niet ongelooflijk”, zegt het rapport.

Bin Laden liep bijna tegen de lamp in 2002 of 2003, toen hij in de Swatvallei in het noordwesten van Pakistan woonde, zei de vrouw van de koerier van Bin Laden, Maryam. Een politieagent liet hun auto stoppen toen ze op weg naar een markt een snelheidsovertreding begingen, maar Maryams echtgenoot Ibrahim al-Kuwaiti wist de zaak snel te regelen voordat de agent die de bekeuring wilde uitdelen Bin Laden kon herkennen.

De commissie, bestaande uit een lid van het hooggerechtshof, twee gepensioneerde officieren van het leger en de politie en een beroepsdiplomaat, is er niet over te spreken dat het CIA-netwerk dat uiteindelijk achter de schuilplaats van Bin Laden kwam niet is ontdekt. „Dit is niets minder dan een collectief en langdurig plichtsverzuim van de politieke, militaire en inlichtingenleiding van het land.”

De commissie zegt geen aanwijzingen te hebben gevonden dat Pakistaanse functionarissen vooraf van de Amerikaanse raid op de hoogte waren gesteld. De samenwerking tussen de CIA en de Pakistaanse geheime dienst ISI in de jacht op Bin Laden kwam in 2005 ten einde. De Amerikanen kwamen Bin Laden uiteindelijk op het spoor door zijn boodschapper Al-Kuwaiti te volgen.

De Amerikaanse helikopters bleven op hun meer dan 160 kilometer lange vlucht door het Pakistaanse luchtruim onopgemerkt omdat de Pakistaanse radar en luchtverdediging aan de westelijke grens met Afghanistan op de ‘vredestijd’-stand stonden. Maar zelfs als de bewaking wordt opgeschroefd, is het niet waarschijnlijk dat Pakistaanse een soortgelijke Amerikaanse actie kan verhinderen, vanwege de militaire en technologische ‘asymmetrie’ tussen de twee landen.

„De gehele episode van de Amerikaanse liquidatiemissie van 2 mei 2011 en de reactie van de Pakistaanse regering voor, tijdens en na lijkt grotendeels een verhaal te zijn van zelfgenoegzaamheid, onwetendheid, nalatigheid, incompetentie, onverantwoordelijkheid en misschien wel erger, op alle niveaus binnen en buiten de overheid”, concludeert het rapport.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer