Op 11 juli 1995 veroverde het Bosnisch-Servische leger van generaal Ratko Mladic deze door het Nederlandse VN-bataljon Dutchbat beschermde moslimenclave in Oost-Bosnië. Daarbij werden naar schatting 7000 moslims gedood, merendeels mannen. Nederlandse militairen konden de massamoord niet voorkomen.

De deelnemers aan de mars hopen woensdag 10 juli in Srebrenica aan te komen om daar de volgende dag de herdenkingsplechtigheden bij te kunnen wonen. Volgens organisator Lejla Causevic zijn zij zich bewust van de ontberingen die hun te wachten staan. „Het zal zowel geestelijk als lichamelijk zwaar zijn. Maar ze worden op de been gehouden door hun trots om bij hen te horen die niet willen vergeten wat er toen is gebeurd”, aldus Causevic.

In Potocari bij Srebrenica is woensdag begonnen met het klaarmaken van de graven voor de 409 slachtoffers van de genocide die het afgelopen jaar zijn geïdentificeerd. Hun stoffelijke resten zullen tijdens een massabegrafenis op 11 juli door familieleden ter aarde worden besteld. Daarmee komt het totale aantal graven op 6066.