Recensie: Philip Scriven vanuit Cranleigh
De Londense orgelbouwer John Mander maakte in 2011 een nieuw orgel voor de kapel van de Cranleigh School in Surrey (Zuidoost-Engeland).
Philip Scriven (1970), organist van deze school, demonstreert het instrument met wat heet ”Geluiden van Cranleigh”, verpakt in een programma van muziek uit de zeventiende tot de en met de twintigste eeuw. Met de 31 stemmen van Mander moest zo’n beetje alle orgelmuziek uit die vier eeuwen gespeeld kunnen worden.
Wie denkt dat er dan niets echt goed op klinkt, heeft het mis. Scriven pakt flink uit met Bachs Fantasie en Fuga in G mineur (BWV 542). Het fors ronkende pedaal valt wel op. ”O Mensch, bewein’ dein Sünde gross” klinkt wat mat. Ook de registratie (helaas bij geen enkel werk genoteerd) overtuigt mij niet.
Na een Voluntary van Tomkins en de energiek vertolkte ”Suite du Premier Ton” van Clérambault maakt Scriven de overstap naar de twintigste eeuw. Het kantelpunt ligt bij de ”Capriol Suite” van Peter Warlock: een aantal vermakelijk klinkende dansen.
De zelden uitgevoerde Prélude et Fugue van de Franse Elsa Barraine brengt Scriven met een aanstekelijke drive. Indrukwekkend is eveneens ”Exultate” van de nu 97-jarige Noor Knut Nystedt, geschreven in 1977 voor de opening van de nieuwe concerthal in Oslo met het grootste orgel van Noorwegen. Nystedt laat horen dat clusters in een waaier van contrasten en ritmische variaties functioneel kunnen zijn.
Na het Andante van Cor Kint vormen de vijf ”Rubrics” van de Amerikaan Dan Locklair de wervelende apotheose van deze klankdemonstratie.
Scriven mag trots zijn op zijn orgel in Cranleigh School Chapel, dat hij met verve demonstreert.
Sounds of Cranleigh – The Mander organ of Cranleigh School – Philip Scriven; Regent Records (REGCD398); ca. € 10,-; www.regentrecords.com
J. S. Bach
Thomas Tomkins
Cor Kint