Doop
HC, Zondag 26
Er is tweeërlei afwassing in de doop: een uiterlijke door het water en een innerlijke die door het bloed en de Geest van Christus geschiedt. De innerlijke krijgt een teken en zegel door de uiterlijke, en gaat daarmee steeds gepaard bij het wettig gebruik van de doop.
Deze innerlijke afwassing is ook weer tweeërlei, namelijk een afwassing met het bloed, en één met de Geest van Christus; beide geschieden tezamen. De afwassing met het bloed is de vergeving der zonden, of de rechtvaardiging om het vergoten bloed van Christus. De afwassing des Geestes is een vernieuwing door de Heilige Geest. Door het bloed van Christus gewassen te worden, betekent gerechtvaardigd te worden, of vergeving van zonden te bezitten, om niet, uit genade, om het bloed van Christus, voor ons aan het kruis vergoten.
Met de Geest afgewassen worden, wil zeggen: door de Heilige Geest wedergeboren worden; een wedergeboorte en verandering van de verkeerde tot goede genegenheden, die door de kracht van de Heilige Geest plaatsheeft in de wil en het hart, zodat wij de zonden haten, en daarentegen een voornemen hebben om naar Gods wil te leven.
Zacharias Ursinus,
hoogleraar in Heidelberg
(”Schatboek Heidelbergse Catechismus”, 1657)
De Heidelbergse Catechismus bestaat 450 jaar. De meditatie komt iedere zaterdag uit het ”Schatboek”, een verklaring van de catechismus.