Brazilianen hebben genoeg van wanbeleid en corruptie
Brazilië is al dagenlang het toneel van protesten tegen de regering. Inzet is de verhoging van de tarieven in het openbaar vervoer. Maar er speelt meer. Het volk heeft genoeg van wanbeleid en corruptie.
Ook dit weekeinde zijn in Brazilië opnieuw honderdduizenden betogers de straat opgegaan. Daarbij is in Ribeirao Preto één dode gevallen. In de stad Rio de Janeiro was de demonstratie het grootst en trokken honderdduizenden mensen door de straten om hun onvrede tegenover de corrupte overheid te uiten.
Gisteren namen aanzienlijk minder mensen deel aan protesten dan in de voorgaande dagen. In Rio de Janeiro liepen ongeveer 4000 mensen van het strand Copacabana naar het huis van gouverneur Sergio Cabral. Ze protesteerden onder meer tegen een wet die het moeilijker maakt om corrupte politici aan te pakken.
De politie, in groten getale aanwezig met tanks en ander zwaar geschut, gebruikte kogels en traangas om de betogers uiteen te jagen, met tientallen gewonden tot gevolg. Volgens de demonstranten vormen de protesten van de afgelopen dagen slechts het begin en zullen ze niet stoppen zolang er geen verandering zichtbaar is.
Bij metrostation Uruquaiana in het centrum van Rio de Janeiro ziet het vrijdagmiddag rond vijf uur zwart van de mensen. Veel betogers zijn gewapend met spandoeken en borden waarop de meest uiteenlopende teksten zijn te lezen. Duidelijk is dat de demonstranten een ”nieuw Brazilië” willen – zonder een corrupte regering. In een hoek tekent een groep meisjes de kleuren van de Braziliaanse vlag op de wangen. Bij veel mensen hangt de vlag om de schouders. De sfeer is verre van grimmig. Mensen lachen, zingen en dansen.
Langzaam komt er beweging in de groep betogers. De Avenida Presidente Vargas in het centrum is volledig gevuld met mensen. „De straat is van ons!” zo wordt er geroepen. De politie blijft vooralsnog op gepaste afstand. Het plan is om richting het gemeentehuis en de privéwoning van de burgemeester te gaan.
Een studente, getooid met een wit masker en een vlag om de schouders, laat weten dat ze het helemaal beu is. „Ik heb er genoeg van, dit kan zo niet langer!” Rechts van haar lopen twee jongens met een groot spandoek met daarop de tekst: ”Wij willen goed onderwijs, weg met de regering!”.
De straatprotesten zijn een uniek fenomeen in Brazilië. Aanleiding voor de protesten was de prijsverhoging van het openbaar vervoer, twee weken geleden. Tiago, van beroep taxichauffeur en nu voorop in de strijd, laat echter weten dat er al veel langer onvrede heerst in het land en dat de prijsverhoging van het openbaar vervoer de druppel was. „Het gaat ons niet alleen om de prijskaartjes, het gaat ons vooral om de corruptie, de hoge belastingen, de slechte kwaliteit van de infrastructuur, het onderwijs en de gezondheidszorg en de geldverslindende sportevenementen.”
Later op de avond verandert de situatie en wordt de sfeer grimmiger. Een deel van de demonstranten maakt van de gelegenheid gebruik om schade aan te richten. Reclameborden worden van lantaarnpalen gerukt. Drie jongens met ontbloot bovenlijf slaan met stokken tegen prullenbakken en bushokjes. Links en rechts worden er brandjes gesticht.
Dan komt ook de politie in actie. Er wordt geschoten met traangas en rubberkogels. Opeens beginnen mensen te schreeuwen en te rennen. „Weg hier!” Twee helikopters met zoeklicht vliegen vlak boven de mensenmassa. Wat volgt is een groot machtsvertoon van de politie en het leger.
Bij het Pantheon de Caxias, dat jaren geleden symbool stond voor de Braziliaanse dictatuur, zoeken drie jongens een veilig heenkomen. Ze vertellen dat de protesten breed worden gedragen. „Het begon als een protest van de middenklasse, maar inmiddels zijn alle klassen hier aan het protesteren, zelfs de mensen uit de favela’s (sloppenwijken, LW). En ook wij doen gewoon mee, ook al hebben we een goede baan met goed inkomen.”
Ze laten ook weten dat ze niets van het geweld moeten hebben, noch van de betogers, noch van de politie. „Dat is niet onze insteek, het moet vooral vreedzaam blijven.”
Als gevraagd wordt naar het doel van de protesten antwoorden de drie jongens dat ze net zo lang zullen doorgaan totdat de politieke leiders hun rechten zullen erkennen en verandering beloven. Eduardo laat weten dat hij verwacht dat president Dilma Rousseff wel aan zal blijven. „Maar de leiders van ons land zijn nu wel geschrokken.” Pedro vertelt dat president Rousseff vanwege de protesten een bezoek aan Japan heeft afgezegd. „Deze demonstraties slaan in als een bom.”
Als er plotseling een tank om de hoek komt rijden, wordt het tijd om te rennen. Terug naar een van de metrostations heeft geen zin, die zijn reeds afgesloten. De betogers worden letterlijk uiteengejaagd en de chaos is enorm. De protesten die zo vreedzaam begonnen, zijn uitgemond in een agressieve confrontatie met de politie.
Toch hebben de betogers geen spijt. Integendeel, deze protesten zijn broodnodig, zo vertelt een gewonde man later op de avond. „Wij willen een beter Brazilië, ook al vraagt dat pijn. We kunnen niet meer terug.”