„De Nederlandse Publieke Omroep is voor zijn budget te veel afhankelijk van de overheid. Dat wordt pijnlijk duidelijk nu Hilversum in de hoek zit waar de klappen vallen,” vindt de NPO-baas. De afschaffing van het kijk- en luistergeld, een heffing voor het bezitten van een radio of televisie, noemt hij „een historische fout”.

„De overheid kan nu op elk moment naar de geldkraan grijpen. Dat doen ze ook, we raken een derde van ons budget kwijt en politieke partijen zoeken steeds vaker de randen van de bemoeienis met de inhoud van de programmering op.” Vorige week vroeg staatssecretaris Sander Dekker (Media) de Raad van Cultuur om advies over hoe de onafhankelijkheid van de omroep ten opzichte van de overheid kan worden gewaarborgd.

„De staatssecretaris pleit in ieder geval niet voor een publieke omroep zoals de VVD die het liefste ziet”, aldus Hagoort in de krant. „Hij wil dat we een brede publieke omroep blijven, pluriform zijn, innoveren, kwaliteit bieden, plaats maken voor nieuwe geluiden, levensbeschouwelijke programma’s verzorgen en hoogwaardig Nederlands drama en documentaire.”

Maar het budget past volgens de NPO-baas niet bij die ambitie. „We zijn nu aan het verkennen hoe we onze eigen inkomsten kunnen vergroten. Ik zie een aantal opties, waaronder de regels voor de Ster verruimen. Maar ik denk niet dat het publiek blij gaat zijn met onderbrekende reclameblokken.” Hagoort denkt bijvoorbeeld ook aan verkoop van formats en programma’s aan het buitenland.

Extra geld binnenhalen is voor de omroepen hard nodig, omdat in het regeerakkoord is afgesproken dat ‘Hilversum’ 100 miljoen euro moet inleveren. Daarvan komt 45 miljoen voor rekening van de NPO. De bezuinigingen komen bovenop de 200 miljoen die al door het eerste kabinet-Rutte werden opgelegd.

De Tweede Kamer praat dinsdag en woensdag over plannen van staatssecretaris Dekker, onder meer om landelijke en regionale omroepen meer samen te laten werken.