„Advertenties in de krant blijken de beste manier om veel mensen op de been te krijgen”, jubelt Cees Anceaux van NRp Dagbladen, de organisatie die advertenties in regionale bladen verzorgt. Paul Gremmer van Adformatie, het vakblad voor de reclamewereld, gelooft dat de prijzenoorlog de redding is voor veel kranten.

De afgelopen jaren verloren de kranten veel terrein aan de audiovisuele media. Albert Heijn stopte bijvoorbeeld per 1 januari vorig jaar zijn wekelijkse advertenties in de kranten. Maar ook andere ketens stapten over naar radio en tv. Volgens Anceaux beseffen ze inmiddels, zeker Albert Heijn, dat er nadelen zijn.

„Via de tv kun je een dergelijke prijzenslag niet voeren. Al een maand vooraf moet je ruimte in het reclameblok op tv hebben ingekocht. Een advertentie voor de krant kun je vandaag bedenken en morgen erin hebben. De dag erna kun je hem weer aanpassen”, aldus Anceaux. Gremmer: „En de mensen hebben het hele boodschappenlijstje in een keer voor zich. Op een bladzijde staan honderd artikelen en met de krant in de hand kun je de schappen langs.”

Volgens Gremmer is een aantal kranten door de extra inkomsten van de supermarkten gered. „In een krant als De Telegraaf of het Algemeen Dagblad kost een advertentie over de hele pagina rond de 40.000 euro. Een regionale krant met een behoorlijke oplage haalt er zeker 20.000 euro mee binnen.” Het gaat dan ook om miljoeneninkomsten.

De slechte economie had juist tot een daling in de advertentie-inkomsten geleid. „Zeker voor een conjunctuurgevoelige krant als De Telegraaf komt de prijzenoorlog als geroepen. De Volkskrant of de NRC leven meer van personeelsadvertenties en die blijven redelijk stabiel.”

Het zou Gremmer en Anceaux niet verbazen als Albert Heijn zijn advertentiebeleid weer gaat veranderen nu de krant zo succesvol blijkt. „Hun advertenties in de krant suggereerden indertijd altijd dat AH op de kleintjes lette. Alleen al door het feit dat ze wekelijks met aanbiedingen kwamen. Dat imago is de afgelopen twee jaar van tv-advertenties geheel verbleekt.”