Leidse Maredijkbuurt viert 400e verjaardag
LEIDEN. Vier eeuwen terug kochten rijke Leidenaren net buiten de Marepoort een stukje grond. Het bezit van zo’n ‘buiten’ toonde dat je ruim in de slappe was zat. Het tuinencomplex groeide uit tot de Maredijkbuurt. Bewoners vierden vorige week uitbundig de 400e verjaardag van de wijk.
In Speeltuingebouw Rondom de Maredijk is het feest in volle gang. Tussen de woelende menigte staat Jan Hengstmengel, de historicus van de buurt. Zonder zijn onderzoek had geen buurtbewoner geweten dat de Maredijkbuurt 400 jaar oud is.
Hoe hebt u dat feit vast kunnen stellen?
„Tot 1612 was hier een weiland waarop het vee van de Leidse slagers Harman en Reijer Evertszoon graasde. Door een grote stadsuitbreiding binnen de singels hadden rijke burgers minder ruimte voor hun tuin tot hun beschikking. Daarom besloten ze om buiten de stad grond aan te kopen van de gebroeders Evertszoon. Landmeter Jan Pieterszoon Dou verdeelde het stuk in tuinkavels. In januari 1613 vond de overdracht plaats.”
Hoe kwam u deze documenten op het spoor?
„Het was een lastige zoektocht. Tot 1896 behoorde dit stuk land tot de gemeente Oegstgeest. Toen ik ging zoeken in de Leidse archieven kon ik weinig vinden over het begin van de Maredijkbuurt.
In het bevolkingsregister van Oegstgeest stuitte ik wel op informatie over inwoners. De verkoop van percelen ging echter weer via de notarissen die in Leiden woonden, dus daar had ik het Leidse archief voor nodig.”
Hoe zag de wijk er vroeger uit?
„Vanaf 1613 legden gegoede burgers tuinen aan langs de Maredijk. Op hun lapje grond zetten ze een zogenaamd speelhuys. Eerst waren deze tuinhuizen van hout. In het rampjaar, 1672, werden bomen, tuinhuizen en molens echter met de grond gelijkgemaakt. Er moest een vrij schootsveld komen voor het geval dat de Fransen Leiden zouden bezetten.”
Wanneer verrezen de eerste woningen?
„Vanaf het begin waren er wel molens en blekerijen. Na 1672 werden er meer huizen van steen gebouwd. Er was in de achttiende eeuw ook een beroemde kwekerij, de Aloë. Catalogi van die kwekerij zijn over de hele wereld verspreid.
In de loop van de tijd werden de tuinhuizen steeds luxer en groter. Dat maakte ze geschikt voor vaste bewoning. In de periode van 1844 tot 1910 zijn er veel huizen bijgebouwd.”
Waar kun je nu nog sporen van de oude bebouwing vinden?
„Er staan nog een paar oude huizen aan de Maredijk. Op sommige plekken zijn grote tuinen die herinneren aan de oude functie van dit gebied. Op verschillende plekken staan nog oranjerieën.
Natuurlijk herinneren straatnamen zoals Maredijk, Schutterstraat, Oranjerie en Aloëlaan aan het verleden. Bij de aanleg van de spoorlijn Haarlem-Den Haag werd er in 1842 een deel van de wijk afgesnoept. De bouw van het kantorencomplex Schuttersveld in 1973 heeft de buurt nog weer kleiner gemaakt.”
Wonen er nog steeds gegoede burgers in Maredijkbuurt?
„De huizenprijzen verschillen enorm, dus het is niet zo dat er alleen rijke mensen wonen. Het is juist een heel gemêleerde buurt. Pas heb ik bij de gemeente Leiden informatie opgevraagd over deze buurt. Het is maar een klein buurtje, er wonen 1275 mensen. Wat me opviel was dat er maar 66 mensen van boven de 65 wonen.
Het aandeel buurtbewoners in de leeftijd van 25 tot 40 jaar is wel 33 procent. Er zijn geen doorgaande wegen, dus de kinderen kunnen best veilig op straat spelen. Ik denk dat dat de buurt aantrekkelijk maakt voor jonge gezinnen.”