Baby’s redden in Keulen (of juist niet)
Mozes werd in een rieten mandje langs de rivier gezet. Vandaar de naam ”Mozesbabyvenster” voor een vondelingenkamer in Keulen. Al bijna twintig kinderen werden hier achtergelaten. Het is de vraag of er nog twintig zullen volgen, want nieuwe wetgeving moet zorgen voor verandering.
Anne Rossenbach en Karin Horst lopen naar het kleine kamertje in een buitenwijk van de Duitse stad en vertellen erover. Vanaf de weg valt het nauwelijks op, afgeschermd door twee stalen schuttingen. Slechts een klein bordje aan de straatkant verwijst naar de mogelijkheid een zuigeling af te geven. Anoniem.
Want die anonimiteit is wat de babyluikjes uniek maakt. Zonder zich te laten zien, kan een ouder een baby achterlaten, wanneer hij of zij meent er niet voor te kunnen zorgen. Als het baby’tje eenmaal in de verwarmde ruimte ligt, is er geen weg terug. Het kind zal nooit weten wie zijn ouders zijn. Het kan op zijn best hopen dat de moeder –of iemand anders– een foldertje heeft meegenomen dat bij het venster hangt.
Horst –leidinggevende in het moeder-en-kindtehuis van de Sozialdienst katholischer Frauen, SkF– vertelt enthousiast hoe het systeem werkt. Ze staat op van haar stoel in het kantoor en loopt naar de ruimte waar een ouder de baby achterlaat. Het babyluikje is niet groter dan een babybedje in een kast, die van buitenaf kan worden geopend.
Alarm
Zodra iemand buiten het raam opent, gaat er bij het verpleegkundig personeel een alarm af op een mobiele telefoon. Om de moeder niet aan het schrikken te maken, moet de dienstdoende zuster een minuut wachten alvorens naar het luikje te lopen en dit van binnenuit te ontsluiten. De baby wordt eruit gehaald en een heel stappenplan gaat van start.
In het kantoor zit al een klein spiekraampje, om snel even te zien wat er binnengekomen is. Niet altijd ligt er dan een baby in. „We hebben ook weleens konijnen of een hond bezorgd gekregen”, zegt Horst lachend. „Of iemand die een grap met zijn broertje wilde uithalen.”
De verpleegkundige controleerst eerst of alles in orde is en kijkt wat het geslacht is. Het is net een gewone geboorte, want hierna krijgt de zuigeling een naam. Daarover hoeft de zuster niet na te denken, want de formulieren voor de eerstkomende kinderen liggen al klaar: als het een jongen is Noah, en Mia voor een meisje. De jongen die tien dagen geleden werd achtergelaten kreeg de naam Max. Vervolgens schakelt zij de hulpdiensten in. De nummers en teksten hangen naast de telefoon aan de muur. Daar kan niemand zich nog in vergissen. Al vrij snel is het kind dan onderweg naar het kinderziekenhuis.
Twijfel
Bij het rooms-katholieke zorgcentrum vinden ze dat het woord babyluik niet goed klinkt. Het heeft een te wrange bijsmaak, vinden ze daar. Liever gebruiken ze de naam ”Mozesbabyvenster” (MBF). In de dertien jaar dat het bestaat, zijn er negentien zuigelingen afgegeven. Zes vrouwen hebben zich kort daarna gemeld. Rossenbach: „Het waren geen van alle minderjarige moslims of zo. Geen van allen waren ze cliché.”
Dat ook mannen de baby’s afgeven, zoals critici zeggen, valt niet uit te sluiten, maar daarvoor hebben ze in Keulen geen aanwijzing.
Wat bezielt ouders om hun kind af te geven, wetende dat zij het nooit meer terugzien? „Er gaat een periode van grote twijfel aan vooraf”, benadrukt Rossenbach. „Uiteindelijk komen ze toch tot de conclusie dat ze niet voor het kind kunnen zorgen, maar tegelijkertijd willen ze het ook niet ombrengen.” Het babyvenster biedt uitkomst.
Het kind krijgt in het ziekenhuis de eerste drie dagen verzorging. Dan gaat het naar een gastgezin, waar de baby verblijft totdat er een geschikte adoptiefamilie is gevonden. Het kind zal de echte ouders nooit zien, omdat het afstaan volledig anoniem heeft plaatsgevonden.
Dit is precies het kritiekpunt van tegenstanders. Juridisch gezien hebben ze het recht aan hun kant. Kinderrechtenverdragen geven kinderen het recht om hun afkomst te kennen en wijzen op de verantwoordelijkheid van ouders tot opvoeding. Babyvensters werken volgens tegenstanders dus mee aan het plegen van een strafbaar feit.
Zuster Horst heeft moeite met deze regels: „Misschien is het niet het beste voor het kind, maar anders brengt een wanhopige ouder de baby misschien wel om. Iedere geredde baby is er dan weer een. Beter een kind zonder ouders dan een dode baby.”
Wetenschappers onderzochten of er een verband tussen het bestaan van de Duitse babyluikjes en een eventuele terugloop van het sterftecijfer onder baby’s. Dit konden de onderzoekers echter niet aantonen. Het aantal gedode baby’s is niet afgenomen sinds dertien jaar geleden het eerste babyluikje werd geopend. De hoeveelheid is echter ook niet toegenomen.
Moeders
Rossenbach zegt geen verband te willen aantonen: „Het gaat om een ander soort moeders. Zij die hun kind doden, hebben nooit overwogen hun kind weg te doen. Dus is het Mozesbabyvenster wel nodig voor die moeders die hun kind op een veilige plek willen achterlaten.”
De situatie rond de luikjes is schimmig. Zo weet niemand hoeveel plekken er in Duitsland zijn om een baby anoniem af te geven. Reden voor de Duitse regering in 2005 een groot onderzoek naar het fenomeen te starten (zie kader ”Regeling voor vertrouwelijke bevalling”).
Anne Rossenbach wijst op het bestaan van privéluikjes, luikjes bij mensen thuis: „Veel mensen bedoelen het goed, maar handelen slecht. Zo van: O, Karl-Heinz, kijk nu eens wat voor iets geweldigs we nu hebben!” In de afgelopen dertien jaar zijn er zo’n 200 kinderen spoorloos verdwenen. Een privéluik kan zomaar een doorgeefluik worden aan kinderhandelaren, waarschuwen critici. Daarom is het goed als er wetgeving komt, vindt Rossenbach.
Horst begint te glimlachen: „Wij werken transparant en doen niets zonder de adoptieautoriteiten. Bovendien hebben we goede pleeggezinnen waar de baby’s heengaan.”
Wanneer de Duitse regering een oplossing wil bieden voor de anonieme bevallingen moet zij niet de babyluikjes aanpakken, maar de oorzaak van het bestaan ervan. Rossenbach: „Een zwangere vrouw zou moeten weten dat ze gewoon kan bevallen, omdat ze beseft dat haar kind een toekomst heeft. Dan is het vermoorden van de baby niet meer nodig.”
Met een jaloerse blik vertellen beide vrouwen over Nederland: „Bij jullie staan vrouwen onder controle van een verloskundige, waardoor ze goed zijn voorbereid op de toekomst.” In Duitsland is dit slechts vrijwillig. Als het aan de twee hulpverleners ligt niet lang meer: „Het moet verplicht worden, de controle moet toenemen. Dat is toch een goede investering?”
Dordrecht wilde babyluik
In Nederland was eerder dit jaar debat over een babyluik. In Dordrecht wilde een vrouw een opvanghuis voor baby’s met vondelingenkamer openen, maar dit werd niet toegestaan. Ook een gezamenlijke motie van de PvdA en het CDA in de Dordtse gemeenteraad om het luik alsnog toe te staan, haalde het niet.
De wetgeving in Nederland biedt geen mogelijkheid om een kind anoniem af te staan. Wel kan een moeder onder geheimhouding bevallen. Een moeder bevalt dan in het ziekenhuis, laat het kind achter, maar met informatie waarmee de pasgeborene op zijn zestiende verjaardag zijn ouders terug kan vinden.
Naar aanleiding van Kamervragen stelde staatssecretaris van Justitie Teeven dat het openen van een babyluik zoals in Dordrecht een uitlokking van een strafbaar feit is en dat hij „vervolging niet uitsluit.”