De luchtvaartsector klaagt al jaren dat Schiphol zijn monopoliepositie gebruikt om eenzijdig tariefsverhogingen op te leggen. Het luchthavenbedrijf zelf spreekt dat overigens tegen en stelt dat altijd al overleg werd gevoerd met de klanten over de hoogte van de havengelden. De verhogingen zijn volgens Schiphol nodig om te kunnen blijven investeren in vernieuwing en groei van de luchthaven.

Een woordvoerster van KLM verwelkomde de nieuwe afspraken. Schiphol en KLM hebben elkaar hard nodig om de concurrentie uit het buitenland het hoofd te kunnen bieden, zei zij. Schiphol lag in het verleden herhaaldelijk in de clinch over de tarieven met KLM, die samen met haar partners goed is voor 70 procent van alle vluchten op de luchthaven.

Schiphol mag de tarieven voortaan nog maar eens in de 3 jaar vaststellen. Verder is afgesproken dat de opbrengst uit verhuur van bijvoorbeeld vastgoed, grond en winkels en horeca moet bijdragen aan de activiteiten voor de luchtvaart. Dat geeft Schiphol de mogelijkheid om te investeren in de luchthaven en tegelijk de jaarlijkse stijging van tarieven te beperken.

Met name dat laatste is al jaren een wens van de luchtvaartmaatschappijen. Voorzitter Frank Allard van de branchevereniging Barin sprak dan ook van „een bemoedigende ontwikkeling”. Wel zei hij de details van de gemaakte afspraken nog te moeten bestuderen.

Kamp en Mansveld hopen met de afspraken Schiphol aantrekkelijk te houden. Volgens de bewindslieden vraagt de concurrentie met andere grote luchthavens om scherpe tarieven voor de luchtvaartmaatschappijen. Voor dit jaar is de tariefsverhoging overigens vastgesteld op 0,6 procent.

Het besluit is ook ingegeven door het advies eind vorig jaar van een commissie onder leiding van oud-minister Hans Alders. Die concludeerde dat de top van Schiphol te weinig samenwerkt met die van KLM.