Nieuw voorstel EU voor chemiestoffen
De Europese Commissie heeft een nieuw en afgezwakt voorstel gepresenteerd voor het verplicht testen van chemische stoffen op risico’s voor de volksgezondheid en het milieu.
Afgelopen mei verscheen een eerste versie van de voorgenomen wetgeving. De betrokken sector reageerde daar sterk afwijzend op. Zij kwalificeerde het systeem, met het voorschrift om alle substanties die zij produceert aan een veiligheidsanalyse te onderwerpen, als kostbaar en onwerkbaar. Zij waarschuwde dat een internationaal concurrentienadeel zou optreden, met als mogelijk gevolg een fors verlies aan banen.
De bezwaren van de industrietak, die in de EU werkgelegenheid verschaft aan zo’n 1,7 miljoen mensen, vonden gehoor bij de regeringen. Duitsland, Frankrijk en Groot-Brittannië stuurden enkele weken geleden op het hoogste niveau een alarmbrief naar voorzitter Prodi van de Commissie. Woensdag bereikte dat college overeenstemming over een gewijzigde opzet.
De regels hebben betrekking op in principe chemicaliën in allerlei artikelen, van shampoo tot insecticide en van kleren tot elektronica. Volgens Brussel moeten er ongeveer 10.000 fabrikaten worden onderzocht op schadelijke effecten voor mens en natuur. Fabrikaten zijn de stoffen waarvan een bedrijf er jaarlijks meer dan 10 ton produceert of importeert.
Aanvankelijk was de bedoeling dat zo’n 30.000 ingrediënten zouden worden geïnspecteerd. De Commissie tekent aan dat de stoffen die bij nader inzicht buiten beeld blijven slechts 1 procent van het totale volume omvatten.
De sector krijgt meer dan tien jaar de tijd om de voorgeschreven procedures uit te voeren en de beoogde gegevensbestanden op te bouwen. Commissaris Liikanen (Ondernemingsbeleid) schat de kosten in die periode op 2,3 tot 5,2 miljard euro. De ontwerprichtlijn wordt nu voorgelegd aan het Europees Parlement en aan de ministers van de lidstaten.