Wapenhandelsverdrag zet nieuwe norm
NEW YORK (ANP). Het nieuwe wereldwijde verdrag over wapenhandel zal niet voorkomen dat er wapens worden geleverd aan misdadige regimes of groeperingen, maar dit wordt wel beperkt. „De kern is dat er een nieuwe norm is neergezet: voor het eerst is de handel in gewone wapens gelinkt aan de mensenrechten. Tot nu toe is het alleen een commerciële kwestie”, zegt Eveline Rooijmans van de hulporganisatie Oxfam Novib maandag vanuit New York.
Het historische akkoord verbiedt landen wapens uit te voeren als ze weten dat die kunnen worden ingezet bij misdaden tegen de menselijkheid, oorlogsmisdaden of terrorisme. Ook moeten staten voorkomen dat de wapens op de zwarte markt terechtkomen.
Maandag begon de feestelijke ondertekening in New York door 62 lidstaten van de Verenigde Naties, waaronder Nederland. Mensenrechten- en hulporganisaties zijn blij met het akkoord, dat handtekeningen zal krijgen van 155 VN-lidstaten. Drie lidstaten zijn tegen (Iran, Syrië en Noord-Korea) en 22 onthielden hun steun, aldus Rooijmans. Het verdrag treedt in werking zodra 50 lidstaten het intern hebben bekrachtigd. Rooijmans verwacht dat binnen 2 jaar alle ondertekenaars dat hebben gedaan. Ook grote wapenleveranciers als Frankrijk en Groot-Brittannië ondertekenen het. De Amerikanen zeggen dat binnenkort ook te zullen doen.
De vraag is of de ondertekenaars met dit akkoord ook geen wapens zullen leveren aan de opstandelingen in Syrië, die tegen de verguisde president Bashar al-Assad strijden. Nu het Europese wapenembargo is opgeheven, kunnen EU-landen dit gaan doen. Rooijmans weet niet of dit echt gaat gebeuren. „Het is belangrijk dat landen als Duitsland en Nederland publiekelijk uitspreken dat ze geen wapens leveren.” Tegelijk ziet ze ook het dilemma dat mensenrechten worden geschonden, omdat onder meer Rusland wel wapens levert aan het Syrische regime. Rusland is geen ondertekenaar.
Landen die het akkoord wel ondertekenden maar toch wapens leveren die in verkeerde handen vallen, krijgen geen straf. Nog niet, stelt Rooijmans. „Het blijft nu bij schade en schande. Dat kan ook al ingrijpend zijn voor een land, omdat er politieke discussies en gevolgen kunnen zijn. Maar we hopen sancties te kunnen doordrukken zodra we verdragswijzigingen mogen voorstellen.”