Opinie

Commentaar: Wet trouwambtenaar inconsistent

Pel het ‘probleem’ van het bestaan van gewetensbezwaarde trouwambtenaren laag voor laag af, en je houdt niets over. De eerste schil: om hoeveel gewetensbezwaarde trouwambtenaren gaat het eigenlijk? Antwoord: om een zo gering aantal dat het sluiten van zogeheten homohuwelijken in geen enkele gemeente gevaar loopt. Er zijn altijd één of meer collega’s beschikbaar die de desbetreffende taak van de gewetensbezwaarde willen overnemen.

29 May 2013 11:46Gewijzigd op 15 November 2020 03:49

De tweede schil: welk deel van hun taak bestaat bij trouwambtenaren eigenlijk uit het sluiten van huwelijken tussen mensen van hetzelfde geslacht? Antwoord: slechts een klein gedeelte. Het is zelfs mogelijk dat ambtenaren nooit geconfronteerd worden met de vraag of zij een homohuwelijk willen sluiten. Toch moeten zij, voor zover het aan D66 ligt, het veld ruimen.

Dat alles tekent de absurditeit van de initiatiefwet waarover de Tweede Kamer zich vandaag buigt. Het gaat over veel, maar ook over niets. In hun blinde ambitie het gelijkheidsbeginsel in alles te doen zegevieren, stappen de seculiere partijen nota bene in de valkuil om de grondgedachte van gelijke behandeling zelf te gaan ondergraven.

Het is de Raad van State die hierop herhaaldelijk wijst. Terecht zijn de indieners van het wetsvoorstel van mening, aldus de Raad, dat overheidsinstanties niet mogen discrimineren. Maar waarom, zo vervolgt het hoogste adviesorgaan van de regering, dwingen zij dan zélf gemeenten om bij hun benoeming van trouwambtenaren een onderscheid te maken naar godsdienst of levensovertuiging? Zo van: déze man of vrouw, met díé levensovertuiging, mag wel bij ons in dienst komen, maar díé man of vrouw, met díe levensbeschouwing, niet. Waarbij het in het laatste geval dan ook nog eens gaat om een levensbeschouwing –het instituut huwelijk is alleen voorbehouden aan een man en een vrouw– die in de meeste Europese landen nog gewoon in de wetgeving is verankerd!

Gelukkig dat we nog een Raad van State hebben. Het commentaar van de Raad heeft er bijvoorbeeld toe geleid dat de indieners van de initiatiefwet hebben ingezien dat zij hun vingers beter niet kunnen branden aan zittende trouwambtenaren. Gemeenten dwingen die mensen te ontslaan, is arbeidsrechtelijk een hachelijke onderneming. Daar zien de Kamerleden Dijkstra en Schouw bij nader inzien dus van af.

Gelukkig ook dat we nog een Senaat hebben. Toe­gegeven, het is verre van zeker dat de Eerste Kamer, als hij zich over enige tijd over dit wetsvoorstel buigt, tot een ander oordeel komt dan de Tweede. Maar íéts van tegengas mogen we van dit orgaan toch wel verwachten. Het is immers bij uitstek de Senaat die ervoor moet waken dat wetsvoorstellen in overeenstemming zijn met de Grondwet, dat ze uitvoerbaar zijn, en dat ze juridisch consistent in elkaar steken. Juist op deze punten rammelt deze initiatiefwet. Dat zou senatoren, van welke politieke kleur ook, toch achter de oren moeten doen krabben. En uiteindelijk tot eenzelfde oordeel moeten brengen als destijds over het initiatief-Thieme over ritueel slachten: dit moeten we gewoon niet doen.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer