Foeteren op een flitspaal

Iedereen kent ’m, iedereen verfoeit ’m. Op elke verjaardagsvisite komt-ie wel een keer ter sprake. De flitspaal. Verspreid over het land staan er zo’n 2000. Slechts een op de zes is gevuld met apparatuur. De meest gehate paal van Nederland. Ondanks zijn positieve bedoeling: het aantal verkeersslachtoffers terugbrengen.

28 October 2003 17:03Gewijzigd op 14 November 2020 00:40

Veel flitspalen maken overuren. Het Centraal Justitieel Incassobureau heeft vorig jaar 6.925.255 keer een automobilist verrast met een fraaie prent. Radarapparatuur legt snelheidsovertredingen feilloos vast. De ’boosdoeners’ komen uit Haarlem. Fabrikant Gatsometer assembleert jaarlijks honderden palen en kasten voor het registreren van snelheidsovertredingen en door rood licht rijden. Het elektronicabedrijf bouwt sinds 1959 meetinstallaties. De productie van palen en kasten wordt uitbesteed. Gatsometer is opgericht door oud-rallyrijder Maurice Gatsonides, die de eerste betrouwbare snelheidsmeter ontwikkelde.

De Haarlemse palen vinden hun weg over de hele wereld, vertelt manager Anjo Bierman. „We leveren aan meer dan zestig landen.” Belangrijke afnemers zijn België, Groot-Brittannië, de VS, Taiwan, Australië, Hongkong en Zuid-Amerika. Exacte aantallen kan Bierman niet geven. „De verkoopcijfers verschillen enorm per jaar.”

In de werkplaats in Haarlem liggen tientallen kasten opgestapeld. Gatsometer configureert elke kast volgens de geldende nationale eisen. Nederland flitst met blauw, België met groen. „Met groen licht kun je beter rode letters vastleggen.” De Nederlandse flitsers geven rood licht als een automobilist van voren wordt geflitst. „Rood brengt minder schrik teweeg.”

Prijskaartje
Nederland telt naar schatting zo’n 2000 flitspalen. „Veel mensen denken dat de meeste flitsers langs snelwegen staan. Toch is dat slechts 2 procent van het totaal.” Alleen de A9, de A10 en de A12 kennen permanente snelheidsmeters op paal. De meeste exemplaren prijken langs provinciale wegen.

Gatsometer levert twee types. Eentje die kan kantelen en eentje die op en neer kan schuiven. Sommige kasten zijn 180 graden te draaien. Goedkoop zijn ze niet. Een compleet ingerichte flitspaal kost al snel een slordige 25.000 tot 30.000 euro. Pakweg 20.000 euro voor de camera, zo’n 4000 euro voor de paal.

Maar daarmee zijn niet alle kosten benoemd. Elke flitspaal moet worden aangesloten op elektriciteit. Deze aansluitkosten variëren van heel weinig tot heel veel. „De installatiekosten kunnen een veelvoud van de paal zijn. Het maakt nogal wat uit of je een stroomkabel moet aanleggen door een stuk straatwerk of door een weiland.” Voor het graven van kabels geldt een richtprijs van 45 euro per meter.

Iedere kast moet elk jaar worden gecontroleerd. „De APK-keuring van flitspalen.” Het Nederlands Meetinstituut ontfermt zich over de meetapparatuur. Onderhoud aan kasten, palen en software verricht Gatsometer zelf.

De camera’s -met 30 meter film voor 800 foto’s- zijn zo duur door hun geavanceerde techniek, legt Bierman uit. „De camera moet 24 uur per dag werken. Ook ’s nachts. Probeer midden in de nacht maar eens een foto te maken van een auto die met 130 kilometer per uur voorbijraast. Dat wordt één streep. Terwijl wij juist een leesbare plaat moeten schieten van dat kleine kentekenbord.”

Sabotage
De paal moet het regelmatig ontgelden. In de middenberm van de A9 staan een stuk of vijf flitsers. Twee van de vijf zijn finaal afgezaagd. Wat resteert is een kort stompje. Bierman toont zich verbaasd. „Met een ijzerzaag kom je daar echt niet doorheen. De daders moeten gebruik hebben gemaakt van een slijptol. En een stroomgenerator. Waar haal je anders langs de snelweg stroom vandaan?”

De Gatsometer-manager kent meer sterke staaltjes van sabotage. „Onvoorstelbaar wat je meemaakt. Mensen gaan soms heel ver. Vandalen hebben een keer met een handgranaat een flitskast opgeblazen. Af en toe wordt er één omgezaagd. Of met een trekker omgetrokken. Je hoort de gekste dingen. Ook een met benzine overgoten autoband wordt wel eens gebruikt.”

Meer voorbeelden wil Bierman niet noemen. „Je moet mensen niet op een idee brengen.” Toch vallen de vernielingen vaak mee. „Het lijkt veelal erger dan het is. Van onze negentig medewerkers werken er maar vier in de buitendienst. Dat zegt genoeg.”

Het elektronicabedrijf heeft in de loop van de tijd het ontwerp van de palen drastisch aangepast en ze vandalismebestendiger gemaakt. De paal bestaat tegenwoordig uit een vierkante stalen koker en een dubbelwandige, roestvrijstalen kast. Het glazen ruitje is gemaakt van lexaan, een sterk soort kunststof. „Daar kom je met een schroevendraaier echt niet doorheen.”

Veiligheid
Het vernielen van flitspalen wil nog wel eens stoppen als er ergens in de buurt een ernstig ongeval is gebeurd. „Mensen beseffen dan ineens waarom die paal er staat. Het doel is de verkeersveiligheid te verhogen. We willen met z’n allen toch graag het aantal verkeersdoden verminderen?”

Bierman wordt zelf ook wel eens geflitst. Zijn laatste snelheidsovertreding dateert van enkele weken geleden. Of hij door eigen apparatuur is geflitst, durft hij niet te zeggen. Het laat hem ook koud. „Dat voelt voor mij niet anders dan voor mijn buurman. Ik baal daar net zo van als een ander: Sufferd! Maar ik rij niet terug om de paal uit de grond te rukken.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer