Geven maakt rijker, vasthouden armer
„Als je geeft, word je rijker en als je vasthoudt, word je armer. Als je geeft, krijg je het dubbel terug: je geeft het weg en je doet het in de naam van God.” C. J. M. van der Meer is vanaf 1 januari de nieuwe directeur van De Barmhartige Samaritaan (DBS). Deze stichting is opgericht om rondreizende evangelisten te helpen die de afgelopen jaren naar Amsterdam kwamen voor de toerustingsconferenties. Kern van het werk is het ondersteunen van kleinschalige projecten in landen over de hele wereld.
De directe aanleiding van de oprichting van de Nederlandse stichting De Barmhartige Samaritaan was de opvang van rondreizende evangelisten in Amsterdam. Driemaal is voor hen een congres georganiseerd, in 1983, 1986 en 2000. „De evangelisten kwamen op Schiphol zonder schoenen en goede kleding. We hebben hen van kleding voorzien. Ze konden allemaal twee à drie stuks meenemen. Dat is ook de laatste keer gebeurd.”
Rondreizende evangelisten zijn mensen die erg hard aan het werk zijn, maar niet weten van organisaties die hen zouden kunnen helpen. Ze vallen min of meer tussen wal en schip. Het is van groot belang om heel betrouwbare contacten op te bouwen. „Dit zijn de gouden mensen, die zichzelf helemaal wegcijferen.”
De nieuwe directeur heeft een opmerkelijke achtergrond. „Ik was eerst hoofdagent en rechercheur in Rotterdam en kwam tijdens het koffiebarwerk van Youth for Christ tot geloof. Ik besloot voor het werk in Gods Koninkrijk te kiezen. Van 1975 tot 1988 was ik werkzaam bij Youth for Christ, daarna werd ik directeur van de stichting World Servants Europe.”
Sinds deze maand is Van der Meer directeur van Samaritan’s Purse Netherlands/DBS, de Nederlandse tak van de internationale organisatie The Samaritan’s Purse. „Ik wil vooral iets doen in de combinatie van evangelische en sociale hulpverlening. Ik zie veel goed gemotiveerde christenen, die echter geen organisaties kennen die hen zouden kunnen helpen. Deze mensen hadden ook materiële steun nodig.”
Samaritan’s Purse/DBS is een internationale organisatie, die haar hoofdkantoor heeft in Amerika, met afdelingen in Canada, Australië, Engeland, Nederland en Duitsland. ”Samaritan’s Purse” staat voor ”beurs van de barmhartige Samaritaan”. Van der Meer: „De Samaritaan helpt niet alleen het slachtoffer, maar neemt ook de zorg voor hem op zich. Christenen zijn er niet alleen voor de prediking, maar eerst moet de rammelende maag stil worden, zodat er ook geluisterd kan worden naar wat er gezegd wordt.”
Kleinschalige projecten zijn vaak succesvol, zo is de gedachte van Samaritan’s Purse/DBS. De betrokkenheid is groot, de verantwoordelijkheid idem dito en het geheel blijft overzichtelijk. „Als je grote bedragen overmaakt, is de verleiding groter om ze verkeerd te besteden. De praktijk is dat we een evangelist bijvoorbeeld een fiets geven. Die is voor hem van groot belang om de leden van zijn gemeente, die her en der verspreid wonen, te bereiken. Dat scheelt hem soms bijna een dag. In ons blad geven wij verantwoording van alle projecten.”
Samaritan’s Purse/DBS heeft een netwerk van veldkantoren opgebouwd die de aanvragen van de projecten bekijken. „Daarvoor hebben wij wereldwijd in 85 landen zo’n 300 contactpersonen, die weer duizenden contacten met plaatselijke kerken en evangelisten hebben opgebouwd.”
Een ander belangrijk onderdeel van de organisatie is het sturen van een schoenendoos met speelgoed en allerlei praktische artikelen voor jonge noodlijdende kinderen. De Operation Christmas Child -de naam is ontleend aan de actie vlak voor de Kerst- kreeg in Nederland grote bekendheid onder de naam Operatie Schoenendoos. De actie is in 1995 gestart met het sturen van 15.000 schoenendozen naar Bosnië, maar vorig jaar was het aantal schoenendozen wereldwijd al gestegen tot 5 miljoen. De schoenendozen worden verzameld en gecontroleerd op een verwerkingspunt. Daarbij wordt gekeken of de inhoud niet alleen acceptabel is maar ook overeenkomt met de leeftijd van de doelgroep. Talloze containers zijn op weg gegaan naar landen in Afrika, maar ook naar India en de Filipijnen. Vanuit Amerika worden landen in Zuid-Amerika geholpen.
Van der Meer is pas naar het hoofdkantoor in Boone, North Carolina, geweest. Hij is onder de indruk van de professionele aanpak daar. Het hoofdkantoor telt maar liefst 320 medewerkers. Hij heeft ook de immense loods gezien waar Operatie Schoenendoos wordt gecoördineerd. Verder is hij vol lof over de betrokkenheid op de nood in de wereld. „Er is elke dag een korte opening in de kapel. Op elke stoel ligt een brief of e-mailbericht met daarin een gebedsverzoek van iemand uit de hele wereld. Dat kan gaan om een gebed voor een ziek familielid of een concrete nood. De medewerkers gaan dan twee aan twee persoonlijk voor deze mensen bidden en sturen diezelfde dag nog een kaartje terug. Dat geeft een stukje verbondenheid. Dat is ook het kenmerk van de gelijkenis van de Samaritaan. Hij loopt niet voorbij aan de nood van de ander, zoals de Farizeeër en de Leviet wel doen.”
Heeft Van der Meer plannen als nieuwe directeur? „Ik moet me nog inwerken en contacten verder uitbouwen. Maar ik heb in ieder geval wel één specifiek plan. Ik wil de komende tijd de Operatie Schoenendoos verder uitbreiden door meer kerken en bijvoorbeeld bejaarden erbij te betrekken. Wat is er mooier dan wanneer opa’s en oma’s in Nederland voor kleinkinderen in de wereld iets kunnen betekenen.”