Oudste broer
De 65e verjaardag van mijn oudste broeder, dinsdag, heeft weinig media-aandacht getrokken. Logisch. Zo’n gebeurtenis haalt het niet bij een spannend debat over een staatssecretaris of bij de zoektocht naar twee spoorloos verdwenen kinderen. Voor mij was het wel een belangrijk moment. Ik heb me verwonderd over zijn vitaliteit na zo’n veelbewogen leven. Ik heb me ook bezorgd gemaakt om zijn toekomst.
Hij heeft geen makkelijk leven gehad. Nog maar enkele uren oud werd hij al door de buurt belaagd. Tot veler verrassing wist hij krachtig van zich af te slaan, zodat zijn vijanden het veld moesten ruimen. Sommige familieleden denken dat onze Vader daar de hand in gehad heeft.
Ook in latere jaren bleef de buurt moeilijk doen. Feitelijk gunden ze onze broer het levenslicht niet, waren ze uit op zijn ondergang. Het kwam steeds weer tot een gewapend treffen. Gelukkig bleek onze broer niet te verslaan. Bij een van de aanvallen zag hij zelfs kans om zijn achtertuin flink uit te breiden. Onze familie, hoewel de meesten van ons ver weg wonen, stond eensgezind achter hem en steunde hem door dik en dun.
In de loop van de jaren is er wel iets veranderd. Het aantal rechtstreekse aanvallen is minder geworden. Dat komt helaas niet omdat de buren anders over onze broer zijn gaan denken. Het heeft meer te maken met zijn militaire superioriteit: omdat hij onoverwinnelijk bleek, is men overgestapt op een andere strategie. In plaats van met de wapenen wordt nu met de mond en de media gestreden: onze broer wordt zwartgemaakt in de rest van de stad. Deze wapens zijn helaas best effectief. Niet alleen andere families keren zich tegen onze broer, maar ook steeds meer leden van de eigen familie.
Dat laatste is voor mij onbegrijpelijk. Heeft men dan werkelijk niet door dat achter de vijandigheid tegenover de oudste broer ten diepste haat tegen onze Vader verborgen zit?
Ik geef meteen toe dat het met onze familie niet best gesteld is. We zijn eigenlijk niet eens echte, maar aangenomen kinderen. Maar van onze Vader moet men afblijven, Hij is de Goedheid Zelf! Toen wij van Hem afvielen en overliepen naar het kamp van die andere vader gaf Hij voor ons Zijn eniggeboren Zoon. In Hem wil Hij ons aannemen tot Zijn kinderen. Je zou denken dat we Zijn Geschenk met blijdschap aanvaard hebben. Vergeet het maar. Onze oudste broer weigerde zelfs Hem te erkennen. Wij deden dat wel, met onze mond, maar in onze daden bleef het vaak onzichtbaar.
Daarmee zijn de verhoudingen in onze familie getekend. Er is veel onbegrip over en weer. De eerlijkheid gebiedt ook te zeggen dat onze broer niet altijd de juiste beslissingen neemt. Zo behandelt hij zijn huisgenoten niet altijd correct, zelfs niet als het familieleden betreft. Daardoor kunnen dezen gemakkelijk samenspannen met de buurt en voor veel huiselijke geweld zorgen. Daarmee geeft hij munitie in handen van de diplomatieke jihad.
Het is jammer dat hierover geen redelijk gesprek te voeren is, noch met onze broer zelf, noch binnen de familie. Waarom lukt het velen van ons niet te erkennen dat sympathie voor onze broer kan samengaan met een kritische benadering van zijn gedrag? Hij wijst niet alleen het grootste Geschenk af, zijn handelen gaat soms ook lijnrecht in tegenover de gedragscode die bij het Geschenk behoort. Dat zou toch bespreekbaar moeten zijn?
De verhouding met mijn oudste broer is complex. We begrijpen elkaar niet en zijn er wederzijds niet van gediend om gecorrigeerd te worden. Ik heb wel veel sympathie voor hem. Omdat hij mijn broer is. En vooral omdat Vader hem liefheeft, hem erbij wil halen, beloften voor hem in petto heeft. Hoe het daarmee precies zit, weet ik niet. Dat laat ik met een gerust hart aan Vader over. Wel acht ik het mijn taak om voor onze broer te bidden. En het gebed dat ik tot God voor hem doe, is tot zijn zaligheid. Opdat hij bekeerd en zalig zou mogen worden.
Reageren? welbeschouwd@refdag.nl