Overeenkomst over textiel Bangladesh ingegaan
GENEVE/DHAKA (ANP/DPA). Drie weken na het instorten van een textielfabriek in Bangladesh waar meer dan 1100 doden bij vielen, is donderdag een overeenkomst van kracht geworden voor de bescherming van de circa vier miljoen textielarbeiders.
Zeker 31 toonaangevende bedrijven uit de textielbranche en talrijke kleinere betrokken ondernemingen hebben zich verplicht de panden waar de kleding in Bangladesh wordt gemaakt, veilig te maken. Onder de uitvoerders van de nieuwe overeenkomst zijn kledinggiganten als Abercrombie & Fitch, Benetton, C&A, H&M, Primark en Zara.
De internationale unie van vakbonden, UNI Global Union, noemde het donderdag „een keerpunt”. Bangladesh telt zeker 4500 textielfabrieken waar 4 miljoen arbeiders werken, vaak voor het schamele loon van 23 euro per maand. Het lagelonenland is na China de grootste kledingsexporteur. 80 procent van de ruim 18 miljard euro die Bangladesh jaarlijks aan de export verdient, is er dankzij de kledingsindustrie.
De onveilige werkomstandigheden in het arme Bangladesh hebben de laatste tijd tot ver over de grenzen tot afschuw geleid. Nederland wordt samen met Bangladesh voorzitter van een groep van landen, bedrijven en maatschappelijke organisaties die de misstanden gaat bestrijden, liet een woordvoerder van minister Lilianne Ploumen (Buitenlandse Handel) donderdag weten.