Dow-Jones in zicht van 15.000 punten
NEW YORK (ANP). De toonaangevende Dow-Jonesindex in New York heeft vrijdag tijdens de handelsdag voor het eerst het recordniveau van meer dan 15.000 punten bereikt, dankzij een sterker dan verwacht Amerikaans banenrapport. Uiteindelijk wist de Dow net niet boven die grens te sluiten.
De Dow noteerde aan het einde van de handel 1 procent hoger op 14.973,96 punten. De brede S&P 500 klom 1,1 procent tot 1614,42 punten, waarmee voor het eerst de grens van 1600 punten werd doorbroken. De technologiebeurs Nasdaq steeg 1,1 procent tot 3378,63 punten.
Uit cijfers van de Amerikaanse overheid bleek dat de werkgelegenheid in de Verenigde Staten in april met 165.000 banen is gegroeid. Dat was sterker dan verwacht. Ook werd de banengroei in maart en februari opwaarts herzien. De werkloosheid zakte in april van 7,6 naar 7,5 procent, het laagste niveau in 4 jaar. Hier werd op een stabilisering gerekend.
Verder werd bekend dat de Amerikaanse fabrieksorders in maart sterker zijn gedaald dan was verwacht omdat door de zwakkere economie er minder vraag is naar industriële producten. Ook is de groei van de dienstensector in de VS in april afgenomen ten opzichte van de voorgaande maand. De dienstensector is goed voor bijna 90 procent van de Amerikaanse economie.
In de Dow werden de stijgers geleid door machinebouwer Caterpillar met een plus van 3,2 procent, het conglomeraat 3M met een winst van 1,7 procent en aluminiumconcern Alcoa, dat 1,9 procent won.
De beurshandel op Wall Street kreeg ook richting van kwartaalcijfers. Zo steeg verzekeraar AIG 5,7 procent na meevallende resultaten. De fabrikant van auto-onderdelen American Axle kwam met beter dan verwachte winstcijfers en klom bijna 8 procent. De zakelijke netwerksite LinkedIn stelde echter teleur en verloor bijna 13 procent.
Inmiddels hebben 404 van de 500 bedrijven in de S&P hun kwartaalresultaten gemeld. Daarvan overtrof bij de winstcijfers 73 procent de verwachtingen van analisten.
De euro was 1,3116 dollar waard, evenveel als bij het slot van de Europese beurzen. De prijs van Amerikaanse olie steeg 1,5 procent tot 95,43 dollar per vat. Brentolie werd 1,1 procent duurder.