Koninklijk Huis

Expositie ”Oranje en religie” in Het Loo

„Blijf je steeds bewust van het belang van godsdienst voor een gelukkig, toekomstig leven”, schreef koning Willem II toen hij zijn zoon in 1833 het boekje ”Hoe een belijdend Christen leeft” schonk. Een expositie in Paleis Het Loo belicht de betekenis van religie voor het vorstenhuis.

L. Vogelaar

2 May 2013 08:30Gewijzigd op 15 November 2020 03:22
Doop van prins Willem V in de Grote of St.-Jacobskerk in Den Haag op 11 april 1748. beeld Paleis Het Loo
Doop van prins Willem V in de Grote of St.-Jacobskerk in Den Haag op 11 april 1748. beeld Paleis Het Loo

Oranje en religie is het thema van de tentoonstelling, die vrijdag in het Apeldoornse paleis werd geopend op initiatief van de Stichting Refo500, het internationale platform dat is opgericht voor de herdenking van de Reformatie.

Voor Refo500 is de expositie een van de activiteiten rond het 450-jarig bestaan van de Heidelbergse Catechismus. Tegelijk met de tentoonstelling in Apeldoorn zijn er twee exposities in de Duitse stad Heidelberg: in het slot en in het Kurpfälzisches Museum.

Eenzijdig

Op Het Loo wordt „de band tussen het Huis Oranje-Nassau en verschillende geloofsovertuigingen” belicht, „gezien tegen de religieuze ontwikkelingen van hun tijd.”

Conservator dr. Paul Rem wil daarbij aantonen „dat de Oranjes zich nimmer als boegbeeld van het gereformeerd protestantisme hebben opgeworpen. De Oranjes voelden zich juist, geheel in de geest van Willem van Oranje, die godsdienstige tolerantie hoog in het vaandel had staan, door de eeuwen heen betrokken bij uiteenlopende geloofsbelevingen.” En: ze hebben „zich nooit als strenge calvinisten geprofileerd.”

De beeldvorming van het religieuze verleden van het Oranjehuis mag soms geromantiseerd zijn, hier vervangt echter het ene eenzijdige beeld het andere. Het veronderstelt ten onrechte dat alle Oranjes van alle eeuwen hun protestantse godsdienst relativeerden en zich ook door andere opvattingen aangesproken wisten. Het in 2011 verschenen boek ”Op U zo wil ik bouwen” van B. Hooghwerff belicht de andere kant van de medaille.

Russisch-orthodox

De genoemde citaten –opgenomen in het tentoonstellingsboek ”God, Heidelberg en Oranje”– vormen de introductie op een tentoonstelling die een fraaie uitstalling biedt van een groot aantal herinneringen aan het religieuze verleden van ons vorstenhuis.

Het Huis Oranje-Nassau is sinds de zestiende eeuw steeds protestants geweest. Dat gold echter niet voor de hele familie. Anna Paulowna –vrouw van koning Willem II– had haar eigen Russisch-orthodoxe kapellen, en prinses Máxima blijft rooms-katholiek, dezelfde godsdienst als twee tantes van haar man, Irene en Christina, aannamen.

Heidelberg en Oranje

Rem beschrijft de verwevenheid tussen het Oranjehuis en de regerende familie in de Palts: aan het hof van keurvorst Frederik III de Vrome –initiator van de catechismus– in Heidelberg ontmoette Willem van Oranje zijn derde vrouw, Charlotte de Bourbon. Hun oudste dochter trouwde met Frederiks kleinzoon (in het tentoonstellingsboek op pag. 371 aangeduid als zoon). Frederiks dochter was toen al in de echt verbonden met Willems broer Jan.

De Oranjes gingen naar de kerk of naar de paleiskapel, werden gedoopt, legden belijdenis af en lieten hun huwelijk kerkelijk bevestigen. Tal van geschenken die ze ontvingen, hadden een religieuze betekenis.

Souvenirs uit Israël

Paleis Het Loo leende voor deze expositie bijzondere stukken uit de Koninklijke Verzamelingen, zoals een gezangboek uit 1579, ooit eigendom van Willem van Oranje. Diverse kerken gaven speciaal voor de tentoonstelling voorwerpen in bruikleen die zij voor de eredienst ontvingen van leden van het Huis Oranje-Nassau.

Er zijn afbeeldingen van de kerkgang en kerkelijke plechtig­heden van de Oranjes, gelegenheids­preken, foto’s van koninginnebanken en ander kerkmeubilair, psalm- en gebedenboeken, souvenirs van het bezoek van prinses Marianne aan het Heilige Land, de kast met Bijbels die koningin Wilhelmina bij haar huwelijk van het Nederlandsch Bijbelgenootschap ontving, en een Bijbel die prinses Juliana in 1921 bij haar bezoek aan Staphorst van de inwoners kreeg. Verder is er –naast nog veel meer kostbaarheden– een mis –muziekstuk– te zien die aan koning Willem III was opgedragen, en een Koran die in de 17e eeuw in de prinselijke bibliotheek terechtkwam.

De echtgenote van stadhouder Frederik Hendrik heette Amalia, net als onze nieuwe kroonprinses. Ze bezat een exemplaar uit de eerste druk van de Statenbijbel, met het wapen van haar man op het achterplat. Amalia gaf de Bijbel aan haar hofprediker. Eeuwen later kocht koningin Wilhelmina het Boek terug.

Op de Bijbel van koning Willem II valt de versiering van de gouden boeksnede op: als de Bijbel dicht is, zijn tal van christelijke symbolen te zien. Rijk beschilderd en met zilver versierd was ook de Bijbel die koning Willem III van het Nederlandse volk kreeg als dank voor zijn betrokkenheid bij het gebied dat in 1861 door een watersnood werd getroffen.

Een wat bijzondere eend in de bijt is een 19e-eeuwse bidstoel. Rooms, maar koning Willem III –„een nadrukkelijk protestants vorst”– kreeg hem in bezit omdat de bidstoel tot een slaapkamerameublement behoorde dat hij aanschafte.

De expositie ”Oranje en religie” is tot 1 september te bezichtigen in Paleis Het Loo.

De tentoonstellingsteksten zijn opgenomen in ”God, Heidelberg en Oranje.” 
450 jaar Heidelbergse Catechismus, door Karla Apperloo-Boersma en Herman J. Selderhuis (red.), uitg. Kok, Utrecht 2013; 
ISBN 978 90 435 1976 2; 455 blz.; € 39,95.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer