In 1980, na de inhuldiging van Beatrix, klonk uit de mond van zijn voorganger: „Ik constateer dat aan de grondwettelijke voorschriften voor de inhuldiging krachtens artikel 32 is voldaan.” Maar dat gaat door de aanwezige weigerpolitici niet helemaal meer op. Daarom zegt de voorzitter dinsdag: „Ik constateer dat de inhuldigingsceremonie is voltooid.”

De Graaf blijft het overigens „vreemd” vinden dat Kamerleden wel willen komen, maar de eed of belofte nalaten. En hij is bepaald de enige niet, merkt hij aan de reacties. De weigerpolitici zouden volgens De Graaf ook moeten beseffen dat ze er niet persoonlijk staan, maar als vertegenwoordiger van 17 miljoen mensen.

„Die vertegenwoordigers staan daar instrumentaal om min of meer tegen de koning te zeggen: U doet uw best voor ons, wij doen hetzelfde in uw richting.” De kwestie zit hem nog steeds hoog. Hij wijst erop dat de regels 21 jaar geleden unaniem zijn aangenomen en dat er intussen dus tijd genoeg is geweest om ze te veranderen als genoeg mensen dat nodig hadden gevonden.

Aan de inhuldiging gaat de troonswisseling vooraf. Met haar handtekening onder de Akte van Abdicatie maakt Beatrix Alexander koning. „Dat is voor mij een emotioneel moment, het is mijn koningin die vertrekt. Daarna in de kerk, dat is echt feest, dat je een nieuwe koning mag inhuldigen”, vindt De Graaf.