Opinie

Kerk kan zich niet terugtrekken in isolement

Moet de kerk zich wel uitspreken over de niet-christelijke wereld?

Dr. J. H. van Doleweerd
27 April 2013 09:04Gewijzigd op 15 November 2020 03:18
Foto RD
Foto RD

Het is een ingewikkelde kwestie: die van de verhouding tussen de seculiere of andersgelovige medeburgers en de christelijke kerk. Dat geldt voor het spreken van de kerk buiten haar gemeenschap, maar ook voor het spreken van de seculiere samenleving in en tot de kerk. Die twee hebben elkaar voortdurend in de houdgreep.

Vrijwel overal op de wereld bepalen vertegenwoordigers van de seculiere of andersgelovige samenleving de vrije ruimte voor christenen. En nergens kunnen christenen vormgeven aan hun roeping in volstrekte afwezigheid van de niet-christelijke medemens. Maar moet de kerk zich uitspreken over de niet-christelijke wereld, over de machten van deze wereld? Of anders gezegd: moet zij zich daarmee actief bemoeien? Of geldt hier het adagium: schoenmaker, blijf bij je leest? De vraag heeft ook een spiegelbeeld: moet het niet-christelijk deel van de wereld de kerk met rust laten?

Eén schepping

Eén kwestie is hier van beslissende betekenis. Dat is de opvatting over de wereld. Zijn er twee onderscheiden werelden, namelijk de wereld van de kerk en de wereld van de niet-christenen, als twee cirkels naast of tegenover elkaar? Of is er hooguit sprake van één wereld: een cirkel met daarin een plaats voor en de kerk en voor de niet-christelijke wereld?

Christenen leren op basis van de Schrift dat er één schepping is, één kosmos, die onder de macht en het gezag van de opgestane Christus ligt. Alle mensen worden opgeroepen voor deze Christus te buigen en Hem als Zaligmaker voor hun zonden te zoeken. Allen zullen door deze Rechter geoordeeld worden. Eén wereld dus, waarin de christelijke kerk geroepen is door de verkondiging van het Woord van God de macht, het gezag en de genade van deze Christus te proclameren. Een wereld die een geografische betekenis heeft, maar ook een ecologische, economische, sociale en politieke dimensie.

Niet-christenen, overheden en willekeurige machthebbers plaatsen de kerk evenmin buiten hun gezichtsveld. Ook voor hen is het één wereld, waar de kerk ook onder valt. Een samenleving ondergaat de invloed van de kerk, maar wil ook toezicht houden op haar functioneren. Soms alleen uit praktische overwegingen. De kerk deelt immers haar privileges met andere medeburgers.

Niet zelden spelen ook ideële motieven een rol, die zowel in het voordeel als in het nadeel van de kerk kunnen uitvallen. De kerk heenzenden en afzonderen van het geheel is een opvatting die in geen enkele samenleving opgeld doet. Wel zijn de opvattingen van de kerk en het niet-christelijke deel van de wereld vrijwel altijd tegengesteld.

Heilige Geest

Het samenspel tussen de kerk en de medeburgers om haar heen is steeds opnieuw een verrassend gebeuren. Dat heeft ermee te maken dat deze ene wereld gedragen wordt door de kracht van God de Heilige Geest. Alle schepselen worden door de kracht van deze Geest onderhouden. Met een onzichtbare hand bestuurt Hij deze wereld. Schepselen ontvangen hun gaven uit Gods hand. En zo moeilijk traceerbaar als de weg van de wind is ook de weg van de Heilige Geest, Die heel deze werkelijkheid draagt door Zijn kracht. De macht van deze ene God is onbegrijpelijk. De Geest bewerkt dat aan de ene kant van de wereld de kerk veel privileges krijgt en aan de andere kant van de wereld niet. Dat op de ene plaats de christelijke kerk leeft onder een zeer vijandig regiem en op andere plaatsen veel vrijheden geniet. Sommige gebieden houdt Hij zelfs gesloten voor de kerk.

De niet-christelijke samenleving is voor de kerk wat wind is voor de windmolen. Juist tegen de achtergrond van de godloze machten en de zoekende en op zichzelf teruggeworpen mens is de kerk met haar boodschap en gedrag een stad op een berg en een licht in de duisternis. De christelijke kerk mag dan zeer verdeeld zijn, het is de opdracht voor iedere christen persoonlijk, maar ook gezamenlijk onder leiding van haar ambtsdragers, om de actuele ontwikkelingen in het licht van de Schrift te houden en te vragen dat God antwoordt. Om zo met profetische scherpte en diepte de machten te bevragen, hun acties te toetsen en als het nodig is de machten tegen te staan, indien nodig met de kosten van het eigen leven.

Antwoorden op recept zijn daarvoor niet te geven. Het behoort tot de roeping van de kerk, waar ter wereld dan ook, dat het gezag van het Woord van God tot gelding wordt gemaakt over alle terreinen van het leven, zowel van de christen als van de niet-christen. Het profetisch spreken buiten de kerk hoort bij haar levenskarakter. Nergens is een kerk meer geseculariseerd dan waar ze in principe gescheiden van haar omgeving haar weg gaat. Dan verliest ze zichzelf in de comfortzone van het isolement. In kerken waar de strijd met de wereld buiten haar realiteit is, tref je dikwijls de Bijbelse vroomheid aan die je elders mist.

Geen rustig leven

Dat die andere machten er zijn, hoeft een christen niet te verbazen. Het heeft alles te maken met de geschiedenis van deze werkelijkheid, met de ontzagwekkende diepte van de breuk met God. Maar ook met die onbegrijpelijk opdracht die de almachtige God in handen van de kerk heeft gelegd –als in aarden vaten– om in deze wereld Zijn Naam bekend te maken tot verzoening van zonden, tot de vervulling van Christus’ rijk.

De kerk is geen rustig leven geschonken. Gods Geest kan het nodig vinden haar in omstandigheden te brengen waarin de confrontatie met de wereld om haar heen op het scherp van de snede plaatsvindt. Als de kerk denkt vrij te zijn, komen krachten die zich buiten haar bevinden haar opzoeken. En als deze buitenstaanders denken vrij te staan, verschijnt daar ineens de kerk met haar profetische stem. Ongemakkelijk voor beiden, maar onvermijdelijk.

Niet-christenen kunnen de kerk terug willen verwijzen naar een geïsoleerd domein: schoenmaker, blijf bij je leest. Nochtans zal zij niet gehoorzamen. Het staat gelijk aan het veranderen van de grondwet van haar bestaan. Ook de kerk kan de niet-christelijke wereld ver van zich willen houden. Maar dan negeert zij haar opdracht. En een keus voor het isolement houdt allen die niet tot de kerk behoren gevangen in de duisternis.

Dr. J. H. van Doleweerd, missioloog en theologisch docent en werkzaam voor de Zending Gereformeerde Gemeenten in Indonesië. Heeft u een vraag voor deze rubriek of wilt u reageren? weerwoord@refdag.nlVerder lezen over dit onderwerp

E. Mackay, Het grote huis. Christelijke geloofstraditie in een (post)moderne wereld. Utrecht: De Banier 2013.

E. Metaxas, Dietrich Bonhoeffer. Pastor, martelaar, profeet en spion. Een ‘rechtvaardige onder de volkeren’ versus het derde rijk. Heerenveen: Groen 2012

C. J. H. Wright, De bijbelse missie. Gods opdracht voor zijn kinderen. Barneveld: Vuurbaak 2011.

Meer over
Weerwoord

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer