Dood Dolmatov toont failliet van Nederlands vreemdelingenbeleid
De zelfgekozen dood van de Russische asielzoeker en activist Dolmatov is geen incident, betoogt ds. Dick Couvée. Hij staat model voor wat de omgang van Nederland met vluchtelingen en vreemdelingen teweeg kan brengen.
Hongerstaking. Zelfverbranding. Diepe depressies. Slapeloosheid. Woede-uitbarstingen. Zelfverminking. Allemaal ernstige zaken met vreemdelingen in de hoofdrol, in de uithoeken van onze samenleving, onder invloed van pure wanhoop en machteloosheid. Veel vreemdelingen voelen zich gemangeld door de Nederlandse overheid. Platgedrukt in de raderen van de ”vreemdelingenketen”.
Ik verbaas me er al lang over dat drama’s zoals met Alexander Dolmatov niet veel vaker voorkomen. Het zegt iets over de kracht en het uithoudingsvermogen van de mensen in kwestie. Ik sta daarover bij de mensen zonder verblijfspapieren die naar de Pauluskerk komen steeds weer versteld.
Voor mij is de zelfmoord van Dolmatov het zoveelste bewijs van het failliet van het Nederlandse vluchtelingen- en vreemdelingenbeleid. Als je denkt dat mensen je land zullen verlaten als je hen maar voldoende uitrookt, krijg je onmenselijke situaties en afschuwelijke gebeurtenissen. Het detentiebeleid is het sluitstuk van een beleid dat op geen enkele manier strookt met normen van humaniteit en menselijke waardigheid.
De afgelopen tijd is Nederland daarop van internationale en nationale zijde meermalen en met een groeiende intensiteit gewezen. Nog onlangs door de Nationale Ombudsman. Het mocht allemaal niet baten. Wie gelooft in het oplossend vermogen van het onverkort vasthouden aan regels, procedures en te halen vertrekquota, ziet geen mensen meer staan, maar ”illegalen die het land uit moeten”. Zo leidt jarenlange, bewust volgehouden stigmatisering tot het wegzetten van een hele groep mensen en tot onmenselijkheid.
De dood van Dolmatov staat niet op zichzelf. In Nederland worden jaarlijks tussen de 8000 en 10.000 mensen in detentiecentra vastgezet onder strafrechtelijke beperking. Kinderen zitten letterlijk in de cel. Gezinnen worden uit elkaar gehaald. Zelfs ouderen, zieken en gehandicapten worden als misdadigers opgesloten.
Wij zetten dus voortdurend en op grote schaal mensen in het gevang die niets crimineels hebben misdaan. Het enige wat zij hebben ‘misdreven’ is, dat zij niet beschikken over de juiste verblijfspapieren. Dat is in de kern een administratief-rechtelijk en geen strafrechtelijk probleem. Toch gaan wij met hen om als waren zij dieven en moordenaars.
In de Pauluskerk zijn vele voorbeelden van deze onmenselijke behandeling. Veel van onze bezoekers werden meerdere malen maandenlang vastgezet, zonder dat zij wisten waar zij aan toe waren. Er wordt je niet verteld of en wanneer je weer vrijkomt. Om vervolgens in vele gevallen weer te worden vrijgelaten met een brief mee waarin staat dat je het land binnen 48 uur dient verlaten en een briefje of zelfs een treinkaartje Rotterdam Centraal, met de mededeling: „Meld je maar bij de Pauluskerk, daar weten ze wel wat ze met je moeten doen.”
Ik hoop van harte dat de trieste dood van Dolmatov ook een positief resultaat brengt. Dat de politiek in Den Haag na bijna vijftien jaar onmenselijk, ineffectief en kostbaar beleid eindelijk tot de conclusie komt dat dit zo niet langer kan. Niet voor de waardigheid van de mensen in kwestie, maar ook niet voor de waardigheid van Nederlanders zelf.
Laat de nieuwe kans voor staatssecretaris Teeven reden zijn om échte verbeteringen door te voeren. Hoe kun je jezelf nog langer recht in de ogen kijken, als je mensen bewust in een situatie brengt waarin zij tot dit soort daden kunnen komen?
De auteur is predikant van de Pauluskerk in Rotterdam.