Dat blijkt uit een onderzoek over de waardering van de catechismusprediking onder de lezers van het blad van de Gereformeerde Bond in de Protestantse Kerk.

In totaal 176 lezers vulden een enquête in De Waarheidsvriend in over dit onderwerp. Het meerendeel (61 procent) is ouder dan 55 jaar. Slechts 15 procent van de respondenten is jonger dan veertig. Daarmee is de enquête niet helemaal representatief voor de lezers van het blad.

Gemiddeld horen de respondenten negentien keer per jaar over de catechismus preken. Vooral van de ouderen, maar ook van de helft van de jongeren, mag dat nog wel wat meer zijn.

Driekwart geeft aan tevreden te zijn over de inhoud van de catechismuspreek. Als er onvrede is, heeft dat diverse redenen. Sommigen vinden dat er te weinig over de catechismus wordt gepreekt. Anderen zijn juist kritisch over het verschijnsel leerdienst. Ze vinden het te dogmatisch, te ouderwets, of te weinig aansluiten bij de leefwereld van jongeren.

Er is een duidelijke trend dat leerdiensten minder bezoekers trekken. In 10 gemeenten is er sprake van een groei, bij 62 gemeenten is de situatie stabiel en bij 72 gemeenten is er teruggang waarneembaar.

Ruim de helft van de respondenten heeft de catechismus vroeger volledig uit het hoofd geleerd. Verreweg de meesten vinden dat achteraf waardevol.

Zondag 1 is verreweg het geliefdst. Voor 81 procent is dit de meest aansprekende vraag. Ook zondag 7, over het ware geloof, zondag 23, over de rechtvaardiging van de goddeloze, en de zondagen 45-52 over het Onze Vader sluiten dicht aan bij de geloofsbeleving van de ondervraagden. Minder geliefd is zondag 30, waarin de ”paapse mis” wordt betiteld als „vervloekte afgoderij.”